Cardiovasculaire Geneeskunde.nl

ARNI vermindert achteruitgang nierfunctie in patiënten met HFpEF

Literatuur - Voors AA et al., Eur J Heart Fail. 2015

 

Renal effects of the angiotensin receptor neprilysin inhibitor LCZ696 in patients with heart failure and preserved ejection fraction

 

Voors AA, Gori M, Liu LC, et al.; for the PARAMOUNT Investigators
Eur J Heart Fail. 2015 Feb 6. doi: 10.1002/ejhf.232. [Epub ahead of print]
 

Achtergrond

Stijgingen in serumcreatinine worden vaak gezien wanneer Hartfalen wordt behandeld met renine-angiotensine-aldosteronsysteem (RAAS) remmers [1]. Medicatie kan gestaakt worden als gevolg van zorgen voor verslechtering van de nierfunctie.
Van de angiotensine receptor neprilysine remmer (ARNI) LCZ696 is aangetoond dat deze superieur is aan enalapril in het verminderen van het risico op sterfte en ziekenhuisopname voor HF in patiënten met HF met verminderde ejectiefractie (HFrEF) [2]. LCZ696 verminderde NT-proBNP niveaus en was geassocieerd met linker atrial reverse remodelling en verbeterde symptomen in patiënten met HF en behouden EF (HFpEF) [3].
Hoewel de renale effecten van de componenten van LCZ696, namelijk de angiotensine II AT1 receptor antagonist valsartan en de neprilysine remmer AHU377, bekend zijn, is het effect van LCZ696 op nierfunctie in patiënten met HF niet beschreven. Naast het remmen van RAAS, hetgeen eGFR kan verminderen, verhoogt LCZ696 ook natriuretische peptides die nefroprotectief kunnen zijn. De effecten van LCZ696 op nierfunctie verschillen dus mogelijk van die van RAAS blokkade alleen.
Deze studie beoogde de effecten van LCZ696 op nierfunctie te vergelijken met valsartan, in HFpEF. Alle 301 patiënten gerandomiseerd in de PARAMOUNT [3] studie werden geïncludeerd voor deze analyse.
 

Belangrijkste resultaten

  • Gemiddelde verandering in eGFR tussen baseline en 12 weken behandeling verschilde niet tussen de behandelingen. Na 36 weken lieten patiënten gerandomiseerd naar LCZ696 een kleinere daling in eGFR zien dan patiënten op valsartan (-1.5+ 13.1 vs. -5.2+11.4 mL/min.1.73m2, P=0.008).
  • Gemiddelde verandering in cystatine C niveaus vanaf baseline waren vergelijkbaar tussen de groepen na 12 en 36 weken.
  • Het geometrisch gemiddelde van urine albumine:creatinine ratio (UACR) steeg snel na start van behandeling met LCZ696 (stijging van 2.4 tot 2.9 mg/mmol in 36 weken), terwijl het stabiel bleef in de valsartangroep (van 2.1 naar 2.0 mg/mmol, P voor verschil na 36 weken: 0.016). Een sensitiviteitsanalyse van mediane UACR liet geen significant verschil zien tussen behandelingen.
  • 5% en 6% van de patiënten in de LCZ696 groep ontwikkelde verslechtering van nierfunctie na 12 en 36 weken, ten opzichte van respectievelijk 7% en 13% in de valsartangroep, maar deze verschillen waren niet statistisch significant in gecorrigeerde analyses.
  • 15 nadelige events geassocieerd met de term ‘nierstoornissen (exclusief nephropathieën)’ werden gezien in de totale groep, waarvan 3 in de LCZ696-groep en 9 in de valsartangroep (Fisher exact P=0.14).

Conclusie

Deze studie laat zien dat behandeling met LCZ696 was geassocieerd met lagere serum creatinine waarden en hogere eGFR na 36 weken therapie, ten opzichte van valsartan. Er werden geen verschillen gezien in cystatine C niveaus en UACR was hoger met LCZ696 dan met valsartan.
In HF patiënten gaan veranderingen in de bloeddruk vaak gepaard met directe veranderingen in GFR.
Ondanks grotere dalingen van de bloeddruk in patiënten behandeld met LCZ696 [3], was eGFR beter behouden dan in patiënten op valsartan. Deze gegevens suggereren dat de neprilisine-remmende component in LCZ696 mogelijk de daling van GFR zoals gezien met valsartan neutraliseert, waardoor nierfunctie wordt behouden in patiënten met HFpEF.
 
Vind dit artikel op Pubmed
 

Referenties

1. Blankstein R, Bakris GL. Changes in kidney function following heart failure treatment: focus on renin-angiotensin system blockade. Heart Fail Clin 2008;4:425–438.
2. McMurray JJ, Packer M, Desai AS, et al, PARADIGM-HF Investigators and Committees. Angiotensin–neprilysin inhibition versus enalapril in heart failure.N Engl J Med 2014;371:993–1004.
3. Solomon SD, Zile M, Pieske B, et al, Prospective comparison of ARNI with ARB on Management Of heart failUre with preserved ejectioN fracTion (PARAMOUNT) Investigators. The angiotensin receptor neprilysin
inhibitor LCZ696 in heart failure with preserved ejection fraction: a phase 2 double-blind randomised controlled trial. Lancet 2012;380:1387–1395.
 

Deel deze pagina met collega's en vrienden: