Hypertensie op middelbare leeftijd geassocieerd met verhoogd risico op dementie bij vrouwen
Female sex, early-onset hypertension, and risk of dementia
Achtergrond
Hypertensie komt vaker voor bij mannen in vergelijking met vrouwen in jongvolwassenen, maar het risico op doelorgaanschade en de CVD-last die aan hypertensie wordt toegeschreven, is hoger bij vrouwen [1]. Dementie is een van de gevolgen van hoge bloeddruk tijdens middelbare leeftijd, maar geslachtsverschillen zijn in deze context niet geëvalueerd [2,3].
In deze studie werden de associaties van BP in jongvolwassenen (gemiddeld: 32.7 jaar, SD: 1.8, bereik: 30.0-36.0) en volwassenen van middelbare leeftijd (gemiddeld: 44.3 jaar, SD: 3.0, bereik: 40.0-55.9) met het risico op dementie op latere leeftijd geëvalueerd en mogelijke geslachtsverschillen werden onderzocht.
Hiervoor werden 5646 leden van het Kaiser Permanente Noord-Californië (KPNC) geïntegreerde zorgsysteem, die deelnamen aan de Multiphasic Health Check-ups en hun BP als jongvolwassene en op middelbare leeftijd hadden laten meten, meegenomen in de analyse [4]. KPNC-leden werden als volgt ingedeeld op basis van hun BP op elk tijdstip:
- hypotensief: SBP <80 mm Hg of DBP <60 mm Hg
- normotensief: SBP 81-120 mm Hg en DBP 61-80 mm Hg
- pre-hypertensief: SBP 120-139 mm Hg of DBP 80-89 mm Hg
- hypertensief: SBP ≥140 mm Hg of DBP ≥90 mm Hg
Bovendien werden personen in de volgende 4 categorieën ingedeeld op basis van de veranderingen in BP tussen de 2 tijdspunten: stabiel normotensief, beginnende hypertensie, remissie van hypertensie, aanhoudende hypertensie. De gemiddelde follow-up tijd voor dementie was 15.3 jaar (SD: 6.1; bereik: 0.1-19.7 jaar).
Belangrijkste resultaten
- Na aanpassing voor demografische gegevens, waren hypotensie (HR: 1.30; 95% CI: 0.42–4.04), pre-hypertensie (HR: 1.04, 95% CI: 0.86-1.26) en hypertensie (HR: 1.06; 95% CI: 0.85-1.32) in jongvolwassenen niet geassocieerd met het risico op dementie.
- In vergelijkbare modellen was in volwassenen van middelbare leeftijd hypertensie geassocieerd met het risico op dementie (HR: 1.36; 95% CI: 1.10-1.67), maar pre-hypertensie (HR: 1.07; 95% CI: 0.88-1.30) of hypotensie (HR: 0.61; 95% CI: 0.08-4.48) niet.
- In volwassenen van middelbare leeftijd was hypertensie onder vrouwen geassocieerd met een 65% verhoogd dementie risico (95% CI: 1.25-2.18) in vergelijking met normotensieve vrouwen, wat niet het geval was bij mannen. De geschatte effecten bleven vergelijkbaar na verdere correctie voor omstandigheden in het latere leven.
- Het cumulatieve 25-jaar dementierisico op 60-jarige leeftijd was 21% (95% CI: 12% -27%) voor vrouwen met hypertensie als jongvolwassene en 18% (95% CI: 14% -21%) voor diegenen zonder hypertensie.
- In vergelijking met vrouwen die als jongvolwassene en op middelbare leeftijd normotensief bleven, was beginnende en aanhoudende hypertensie geassocieerd met een 73% (95% CI: 1.24-2.40) en een 63% (95% CI: 1.11-2.40) toegenomen risico op dementie.
- De associatie tussen hypertensie op middelbare leeftijd en het risico op dementie bij vrouwen bleef significant na verdere correctie voor BMI op middelbare leeftijd en roken als jongvolwassene of op middelbare leeftijd (HR: 1.59; 95% CI: 1.19-2.13).
Conclusie
Hoewel hypertensie tijdens middelbare leeftijd meer voorkomt bij mannen, was het alleen geassocieerd met het risico op dementie bij vrouwen. Deze bevindingen kunnen belangrijke gevolgen hebben voor management van hypertensie voor vrouwen begin 40 jaar en de gezondheid van de hersenen in het latere leven.
Deel deze pagina met collega's en vrienden: