PCSK9 LOF varianten en lage LDL-c niveaus niet geassocieerd met neurocognitieve stoornissen
PCSK9 Variants, LDL-Cholesterol, and Neurocognitive Impairment: The Reasons for Geographic and Racial Differences in Stroke (REGARDS) Study
Literatuur - Mefford MT, Rosenson RS, Cushman M, et al. - Circulation 2017; published online ahead of printAchtergrond
Er zijn data die suggereren dat PCSK9 remming geassocieerd was met neurocognitieve bijwerkingen. De EBBINGHAUS studie heeft echter geen verschil laten zien in de verandering in de tijd in neurocognitieve functie tussen deelnemers gerandomiseerd naar evolocumab of placebo bovenop standaardzorg [1-3]. Het verkennen van het mogelijke verband tussen PCSK9 loss-of-function (LOF) varianten, die resulteren in levenslange blootstelling aan laag LDL-c, en neurocognitieve functie kan helpen om deze tegenstrijdige bevindingen te begrijpen.
De REGARDS studie is een prospectieve cohortstudie dei African-Americans en witte volwassenen van minstens 45 jaar oud tussen 2003 en 2007 [4]. Deze analyse van de REGARDS studie evalueerde de associatie van PCSK9 LOF varianten en LDL-c niveaus met neurocognitieve stoornissen, in data van alleen African-American deelnemers (n=10695). 241 Deelnemers (2.3%) hadden PCSK9 LOF varianten.
Depressieve symptomen werden gemeten met de Center for Epidemiologic Studies Depression-4 (CESD-4) schaal. Voor de inschatting van neurocognitieve stoornissen, vulden deelnemers ten minste één CERAD testbatterij of SIS neurocognitieve test in tijdens de studieduur. Neurocognitieve stoornis werd gedefinieerd als een score ≥1.5 SD onder het stratumspecifieke gemiddelde op 2 of 3 van de verbale leer- (WLL), geheugen (WLR) en semantische welbespraaktheid (fluency, AF) testen uit de CERAD batterij. In een aparte analyse op basis van SIS< werd neurocognitieve score gedefinieerd als een score <5 tijdens één van de bepalingen.
Belangrijkste resultaten
- Ten opzichte van deelnemers zonder PCSK9 LOF varianten, hadden diegenen met PCSK9 LOF varianten een hogerer prevalentie van DM (35.5% vs 29.5%; P=0.05), of een lager gemiddeld LDL-C (85 mg/dL vs 118 mg/dL; P<0.001), en een lagere prevalentie van statinegebruik (13.3% vs 29.7%; P<0.001).
- Op basis van de CERAD definitie was de prevalentie van neurocognitieve stoornis respectievelijk 6.2% en 6.0% voor individuen met en zonder PCSK9 LOF varianten.
- Op basis van de SIS definitie, was de prevalentie van neurocognitieve stoornissen 15.2% in de PCSK9 LOF variantengroep en 15.7% in de groep zonder PCSK9 LOF varianten.
- In ongecorrigeerde modellen waren de ORs voor neurocognitieve stoornissen voor met vs. zonder PCSK9 LOF variant respectievelijk 1.04 (95% CI: 0.54-1.98) met de CERAD definitie en 0.97 (95% CI: 0.67-1.38) met de SIS definitie. Na volledige multivariabele correctie, waren ORs voor neurocognitieve stoornis 1.11 (95% CI: 0.58-2.13) met de CERAD definitie en 0.89 (95% CI: 0.61-1.30) met de SIS definitie.
- In ongecorrigeerde modellen waren de ORs voor neurocognitieve stoornis per 20 mg/dL lagere LDL-C 1.05 (95% CI: 1.00 - 1.11) voor de CERAD definitie en 1.02 (95% CI: 0.99 - 1.05) voor de SIS definitie. Na volledige multivariabele correctie waren ORs voor neurocognitieve stoornis 1.02 (95% CI: 0.96 - 1.08) voor CERAD en 0.99 (95% CI: 0.95 - 1.02) voor SIS.
Conclusie
In een groot perspectief cohort van African-Americans waren PCSK9 LOF varianten en lagere LDL-c niveaus niet geassocieerd met neurocognitieve stoornissen. Deze resultaten doen vermoeden dat levenslange blootstelling aan lage PCSK9 niveaus en de resulterende lage LDL-c niveaus geen belangrijke effecten op neurocognitieve uitkomsten.
Deel deze pagina met collega's en vrienden: