DPP-4-remmer zonder extra complicatierisico in hoog-risico T2DM patiënten
Alogliptin in Patients with Type 2 Diabetes on Metformin and Sulfonylurea Therapies in the EXAMINE Trial
Literatuur - White WB, Heller SR, Cannon CP, et al. - Am J Med. 2018; published online ahead of printIntroductie en methoden
Gebruik van de dipeptidyl dipeptidase-4 (DPP-4) remmers in aanvulling op metformine en sulfonylureumtherapie is een effectieve en goed verdragen combinatie, die tot significante verbetering van geglyceerd hemoglobine (HbA1c) leidt, maar een hoger risico op hypoglycemie met zich mee brengt [1,2].
De Examination of Cardiovascular Outcomes with Alogliptin versus Standard of Care (EXAMINE) Trial was een grote cardiovasculaire (CV) veiligheidsstudie in patiënten met type 2 diabetes (T2DM) en een recent acuut coronair syndroom (ACS), die werden gerandomiseerd naar alogliptine of placebo, in aanvulling op standaardzorg. De studie liet vergelijkbare CV event rates zien in de alogliptine- en placebogroepen [3,4].
In deze analyse van de EXAMINE studie werden de antihyperglycemische effectiviteit en veiligheid van de toevoeging van aloglipitine vs placebo geëvalueerd in een subgroep die metformine en sulfonylureum kregen op baseline (N=1398). Deelnemers werden gevolgd voor maximaal 40 (mediaan: 18) maanden. De veranderingen vanaf baseline in HbA1c, complicaties en CV uitkomsten werden bepaald.
Belangrijkste resultaten
- In patiënten die alleen metformine en sulfonylureum kregen op baseline, lieten een verandering in HbA1c zien van -0.4% ± 0.1% in de alogliptinegroep vs +0.1% ± 0.1% in de placebogroep, met een least squares gemiddeld verschil in verandering vanaf baseline van -0.5% (95%CI: -0.7 tot -0.4%; P <0.001).
- Voor patiënten die alleen metformine en sulfonylureum namen op baseline, verschilden de alogliptine en placebogroepen niet in het aandeel patiënten met een of meer nadelige events (75.2% voor alogliptine en 79.6% voor placebo) of ernstige complicaties (28.3% voor alogliptine en 32.1% voor placebo).
- Hoewel numeriek toegenomen, was er geen significant verschil in de incidentie van hypoglycemie (8.8% voor alogliptine en 6.7% voor placebo; P=0.161) of ernstige hypoglycemie (1.30% voor alogliptine en 0.43% placebo; P=0.088).
- Frequenties van CV sterfte en sterfte door alle oorzaken waren significant lager in patiënten gerandomiseerd naar alogliptine vs placebo (HR voor CV sterfte: 0.49; 95%CI: 0.28-0.84; P= 0.01; HR voor sterfte door alle oorzaken: 0.61; 95%CI: 0.38-0.96; P=0.033).
- Er waren geen significante verschillen in niet-fatale CV uitkomsten op alogliptine vs placebo, waaronder hospitalisatie voor hartfalen of het gecombineerde eindpunt van deze twee.
Conclusie
In een analyse van de EXAMINE trial, in T2DM patiënten met een recent ACS, leidde drievoudige therapie met metformine, sulfonylureum en alogliptine tot significante dalingen in HbA1c, ten opzichte van duale therapie van metformine en sulfonylureum, en het werd goed verdragen. De geobserveerde daling van CV sterfte en sterfte door alle oorzaken onderschrijft de CV veiligheid van gebruik van alogliptine in een drievoudig behandelregime in T2DM patiënten met een hoog CV risico.
Referenties
Download the slide Vind dit artikel online op Am J Cardiol
Deel deze pagina met collega's en vrienden: