Alcoholinname geassocieerd met hoger risico op beroerte subtypen en lager non-fataal CHD risico
Alcohol intake in relation to non-fatal and fatal coronary heart disease and stroke: EPIC-CVD case-cohort study
Introductie en Methoden
Alcoholconsumptie is geassocieerd met een verhoogd risico op beroerte, terwijl matige alcoholconsumptie geassocieerd is met een lager risico op coronaire hartziekte (CHD) [1,2]. De meeste informatie over de associatie van alcoholconsumptie met CVD is gebaseerd op recente en niet op lange termijn drinkgewoonten. In deze analyse van de EPIC-CVD studie [3], werd de dosis-response associatie van baseline en levenslange alcoholconsumptie met het risico op incidente CHD en verschillende beroerte types geëvalueerd.
EPIC-CVD, een casus-cohort studie geïncludeerd in de EPIC (European Prospective Investigation into Cancer and nutrition) studie [4], was ontworpen om de determinanten van CVD te onderzoeken [3]. Alcoholconsumptie werd bepaald op baseline met behulp van gevalideerde dieetvragenlijsten, waarin deelnemers het aantal standaardglazen wijn, bier, cider, zoete likeur, gedestilleerde alcohol of versterkte wijnen dat ze dagelijks of wekelijks tijdens de 12 maanden voor de studie innamen, als ook op de leeftijd van 20, 30. 40 en 50 jaar. De belangrijkste eindpunten waren myocardinfarct, angina, hemorragische beroerte, en ischemische beroerte.
Belangrijkste resultaten
- Van een totaal van 32.549 deelnemers was de mediane leeftijd bij inschrijving 52 jaar en de gemiddelde follow-up tijd 12.5 jaar.
- De gemiddelde baseline alcoholconsumptie was 24 g/dag voor mannen en 10 g/dag voor vrouwen.
- Levenslange alcoholconsumptie was beschikbaar voor 76% van de deelnemers in de EPIC studie en was gemiddeld 30 g/dag voor mannen en 8 g/dag voor vrouwen.
- Gemiddelde baseline alcoholconsumptie was hoger in voormalige en huidige rokers in vergelijking met degenen die nooit gerookt hadden.
- Er was een omgekeerde associatie tussen alcoholconsumptie en niet-fatale CHD (HR per 12 g/dag toename: 0.94; 95%CI: 0.91-0.96; P<0.001 voor trend).
- Voor niet-fatale CHD, in vergelijking met de referentiegroep (0.1-4.9 g/dag), was de HR voor consumptie van 30.0-59.9 g/dag 0.73 (95%CI: 0.65-0.83), en de HR voor consumptie van ten minste 60.0 g/dag was 0.68 (95%CI: 0.57-0.81).
- Er was een niet-lineaire associatie tussen alcohol en fatale CHD (HR voor 15.0-29.9 g/dag: 0.65; 95%CI: 0.53-0.81; HR voor >60.0 g/dag: 0.98 (95%CI: 0.70-1.37).
- Er was een positieve associatie tussen baseline alcoholconsumptie en niet-fatale beroerte (HR per 12 g/dag toename: 1.04; 95%CI: 1.02-1.07), ischemische beroerte (HR per 12 g/dag toename: 1.05; 95%CI: 1.02-1.09; P=0.001 voor trend), en hemorragische beroerte (HR per 12 g/dag toename: 1.10; 1.04-1.15; P<0.001 voor trend).
- De associaties met CV uitkomsten waren vergelijkbaar met gemiddelde levenslange alcoholconsumptie en voor baseline alcoholinname, en er was geen sterk bewijs voor interacties van alcoholconsumptie met rokersstatus.
Conclusie
Alcoholinname was omgekeerd geassocieerd met het risico op niet-fatale CHD en positief geassocieerd met het risico op ischemische en hemorragische beroerte. De associaties met CV uitkomsten waren vergelijkbaar met gemiddelde levenslange en baseline alcoholconsumptie.
Deel deze pagina met collega's en vrienden: