Cardiovasculaire Geneeskunde.nl

LDL-triglyceriden geassocieerd met verhoogd risico op CVD

Remnant-like particle cholesterol, low-density lipoprotein triglycerides, and incident cardiovascular disease

Literatuur - Saeed A, Feofanova EV, Yu B, et al. - JACC 2018; 156-69

Introductie en methoden

Hypertriglyceridemie is geassocieerd met verhoogde remnant-like cholesteroldeeltjes (RLP-C) en triglyceriden in low-density lipoproteïnen (LDL-TG) concentraties. Alhoewel recente studies zich hebben gericht op de atherogene rol van RLP-C [1-3], zijn er maar weinig data beschikbaar die de associatie tussen LDL-TG en het risico op CVD beschrijven.

Deze prospectieve studie heeft naast de associatie tussen RLP-c en LDL-TG, en CVD incidentie ook de associatie tussen genetische varianten en LDL-TG en RLP-C concentraties onderzocht.

Voor dit doeleinde werden data van 9.334 individuen van middelbare leeftijd met CVD uit de ARIC (Atherosclerosis Risk in Communities) studie geanalyseerd. Van deelnemers die in aanmerking kwamen voor de studie werden plasma RLP-C en LDL-TG concentraties gemeten na een periode van vasten en deelnemers werden gevolgd voor maximaal 16 jaar (mediaan: 15.6 jaar voor CVD en CHD, en 15.8 jaar voor ischemische beroerte). Primaire uitkomsten waren coronaire hartziekte (CHD) en ischemische beroerte. Door middel van whole-genome sequencing werden associaties tussen RLP-C en LDL-TG concentraties, en genetische varianten getest in 5.767 Amerikanen van Europese afkomst en in 1.857 Amerikanen van Afrikaanse afkomst.

Belangrijkste resultaten

- RLP-C en LDL-TG waarden waren significant geassocieerd met TG concentraties (r=0.85 en r=0.64 respectievelijk, P<0.0001).

- Er was een significante correlatie tussen RLP-C en LDL-TG waarden (r=0.5108, P<0.0001).

- RLP-C en LDL-TG waren geassocieerd met het risico op CVD incidentie (HR:1.25, 95%CI: 1.19-1.32, P<0.001 en HR:1.94, 95%CI:1.73-2.17, P<0.001 respectievelijk)

- Na correctie voor traditionele risicofactoren en Pooled Cohort Equation (PCE) risicofactoren toonden alleen LDL-TG associaties met CHD incidentie (HR: 1.28, 95%CI: 1.10-1.50) en ischemische beroerte (HR: 1.47, 95%CI: 1.13-1.92) en CVD (HR: 1.35, 95%CI: 1.17-1.55, P<0.001).

- LDL-TG liet de grootste verbetering zien in de c-statistiek als voorspellende meting voor CVD risico in vergelijking met TG en apolipoproteïne B levels, en resulteerde in een significant effect op de netto reclassificatie-index en verbetering van onderscheidend vermogen.

- Een bekende APOE variant, rs7412 die de status van het APOE ε2/2 allel bepaalt, was het meest geassocieerd met LDL-TG en RLP-C (P<5x10-8).

- Het APOE ε2/2 haplotype was significant geassocieerd met verlaagde LDL-TG en verhoogde RLP-C waarden (P<0.0001 versus andere haplotypen).

Conclusie

Verhoogde TG concentraties waren geassocieerd met verhoogde RLP-C en LDL-TG waarden, maar na correctie voor risicofactoren voorspelden alleen LDL-TG het risico op CHD en beroerte. Genetische APOE varianten waren geassocieerd met RLP-C en LDL-TG, en individuen met het APOE ε2/2 haplotype hadden verlaagde LDL-TG. Er is meer onderzoek nodig om te achterhalen of LDL-TG een causale rol spelen in CVD en of LDL-TG als doel kunnen dienen in toekomstige therapieën.

Redactioneel commentaar

In het redactionele artikel omschrijft Michael Miller [4] kort dat RLP-C wordt opgenomen door macrofagen die toegang hebben tot de arteriële vaatwand voor foam cell generatie. RLP-C stimuleert daarmee atherosclerose. Ook bespreekt hij de oorzaak van verhoogde LDL-TG waarden. Miller benoemt dat de huidige studie, met de nieuwe vinding dat RLP-C en LDL-TG en CVD onafhankelijk geassocieerd zijn, de kennis over atherosclerose verbreedt. Een beperking van de analyse is dat de onderzoekers niet hebben gecorrigeerd voor factoren die lipase (LPL en/of HL) activiteit verlagen. Matige glycemische regulatie in T2DM, schildklierziekte, CKD en niet-hypertensie medicatie zijn geïncludeerd in de studie, dat mogelijk heeft bijgedragen aan de verhoogde LDL-TG levels. Daarna benadrukt hij de belangrijkste resultaten uit de studie van Saeed en Feofanova: RLP-C en LDL-TG zijn onafhankelijk geassocieerd met CVD incidentie, zelfs na correctie voor traditionele risicofactoren, en het APOE haplotype was significant geassocieerd met verhoogde RLP-C en verlaagde LDL-TG concentraties. Hij benoemt ook dat de klinische waarde voor de associatie tussen de APOE variant en hogere RLP en LDL-TG waarden onbekend is, omdat de associatie met CVD beperkt is.

De auteur concludeert: ‘’Het is belangrijk om de rol van LDL-TG als onafhankelijke voorspellers van CVD te valideren, voordat nieuwe therapieën zich op LDL-TG richten. De enige gerandomiseerde, gecontroleerde trial die over LDL-TG rapporteerde, heeft LDL-TG niet als significante voorspellers van CVD events gevonden [5].’’ Gelukkig lopen er momenteel meerdere gerandomiseerde, gecontroleerde trials [6] die hier onderzoek naar doen.

Referenties

Toon referenties

Vind dit artikel op JACC

Deel deze pagina met collega's en vrienden: