Cardiovasculaire Geneeskunde.nl

Nieuwe genetische risicoscore verbetert predictie coronair vaatlijden

Genomic Risk Prediction of Coronary Artery Disease in 480,000 Adults Implications for Primary Prevention

Literatuur - Inouye M, Abraham G, Nelson CP et al. - J Am Coll Cardiol 2018;72:1883–93

Introductie en methoden

Familiegeschiedenis is een bekende risicofactor voor coronair vaatlijden (CAD) en de erfelijkheid van CAD wordt geschat op 40% tot 60%. Bestaande genetische risicoscores (GRS) hebben beperkte toepasbaarheid door uiteenlopende redenen, waaronder onvoldoende nauwkeurigheid in voorspelling van CAD [1-3]. In deze studie werd een nieuwe genetische risicoscore voor CAD ontwikkeld en werd het potentieel ervan als screeninginstrument voor primaire preventie geëvalueerd.

Voor dit doel werd een meta-analyse uitgevoerd die alle informatie van de grootste eerdere genoom-brede associatiestudies (GWAS) analyseerde. Vervolgens werd deze meta-score (meta-GRS) beoordeeld voor de classificatie van CAD risico bij >480.000 personen (leeftijd 40-69 jaar) van de UK Biobank (UKB) [4].

De meta-GRS werd opgebouwd op basis van 3 GRSs:

Belangrijkste resultaten

Conclusie

De in de huidige studie ontwikkelde en geëvalueerde meta-GRS bereikte een grotere risicodiscriminatie dan eerder ontwikkelde genetische risicoscores die gebaseerd werden op geselecteerde genetische varianten. Meta-GRS biedt de mogelijkheid om individuen uit de algemene bevolking te classificeren op verschillende trajecten van CAD risico en benadrukt het potentieel voor vroegtijdige genetische screening als aanvulling op gebruikelijke risicovoorspelling.

Redactioneel commentaar

In zijn redactionele commentaar bespreekt Natarajan [5] de behoefte aan verbetering van de CAD risicovoorspelling en stelt dat de huidige polygene risicoscores het volledige spectrum van genetische variatie missen dat CAD-risico beïnvloedt, omdat genetische variatie alleen geïdentificeerd kan worden door sequentiebepaling van het gehele genoom. Hij wijst ook op de behoefte aan relevante prospectieve, gerandomiseerde, gecontroleerde trials, die richting zouden kunnen geven aan de huidige richtlijnen. Hij concludeert dat gezondheidssystemen er momenteel onvoldoende in slagen om diegenen op te sporen die waarschijnlijk vroegtijdig CHD ontwikkelen. ”Inouye et al. laten zien dat de implementatie van CHD polygenetisch risico met klinische risicofactoren de risicovoorspelling kan verbeteren en kan helpen bij het identificeren van personen die in aanmerking komen voor eerdere preventieve therapieën. Bovendien hoeft deze enkele genetische test (momenteel <$ 100) slechts één keer te worden uitgevoerd en deze methode kan worden toegepast om polygenetisch risico voor vrijwel elke erfelijke aanleg te berekenen”.

Referenties

Toon referenties

Vind dit artikel online op JACC

Deel deze pagina met collega's en vrienden: