SGLT2-remmers verlagen risico op nieruitkomsten in T2DM patiënten
SGLT2 inhibitors for the prevention of kidney failure in patients with type 2 diabetes: a systematic review and meta-analysis
Introductie en methoden
SGLT2-remmers worden geassocieerd met veelbelovende effecten op albuminurie en nieruitkomsten gebaseerd op creatininewaarden in patiënten met type 2 diabetes (T2DM) [1-6]. De gerandomiseerde trials die deze resultaten rapporteerden waren primair ontworpen om het effect van SGLT2-remmers op CV uitkomsten te onderzoeken. Slechts een klein deel van deelnemers had een verhoogd risico op nadelige nieruitkomsten. Om deze reden bleef het effect van SGLT2-remmers in patiënten met T2DM die een hoog risico op nierziekten hadden onduidelijk. De resultaten van de CREDENCE trial werden recentelijk gepresenteerd. Deze trial was specifiek opgezet om het effect van de SGLT2-remmer canagliflozin op primaire nieruitkomsten te onderzoeken in patiënten met T2DM [7].
Deze systematische review en meta-analyse includeerde vier gerandomiseerde, gecontroleerde trials die het effect van SGLT2-remmers op nieruitkomsten in T2DM patiënten onderzochten. Alle studies vergeleken een SGLT2-remmer met een placebo. Drie verschillende SGLT2-remmers werden bestudeerd in de geïncludeerde trials, namelijk empagliflozine (EMPA-REG OUTCOME), canagliflozine (CANVAS Program en CREDENCE) en dapagliflozine (DECLARE–TIMI 58). In totaal werden data van 38723 patiënten geanalyseerd.
De primaire uitkomst was een samenstelling van chronische dialyse, niertransplantatie, of sterfte ten gevolge van nierziekte. De consistentie van de effectgrootte tussen de trials werd bepaald. Tevens werd de effectgrootte bij verschillende albuminurieniveaus, eGFR waarden en gebruik van RAS-remmers onderzocht.
Belangrijkste resultaten
- Behandeling met SGLT2-remmers verlaagde het risico op dialyse, transplantatie of sterfte ten gevolge van nierziekte met 33% in vergelijking met placebo. Dit effect was consistent voor de vier geëvalueerde studies (I2=0%, Pheterogeniteit=0,53).
- Risico op eindstadium nierfalen werd gereduceerd met 35% en risico op substantieel verlies van nierfunctie, eindstadium nierfalen of sterfte ten gevolge van nierziekte werd verlaagd met 42% bij behandeling met SGLT2-remmers. Er werden geen verschillen in het behandeleffect gevonden tussen de studies (respectievelijk, I2=0,0%, Pheterogeniteit=0,41 en I2=0,0%, Pheterogeniteit=0,49)
- Risico op acute nierschade werd verlaagd met 25%. Ook hier werden geen verschillen tussen de studies gevonden (I2=0%, Pheterogeniteit=0,68).
- Hoewel er enig bewijs werd gevonden dat het voordelige effect van de behandeling met SGLT2-remmers afzwakte met afnemende eGFR (Ptrent=0,073), was er een significante risicoreductie voor grote nieruitkomsten in alle eGFR subgroepen. In patiënten met een baseline eGFR <45 ml/min per 1,73 m2 werd een relatieve risicoreductie van 30% gevonden bij behandeling met SGLT2-remmers.
- Het effect van behandeling met SGLT2-remmers was consistent onafhankelijk van gebruik van RAS-remmers bij baseline (Pheterogeniciteit=0,31) en baseline albuminuriewaarden (Ptrent=0,66).
Conclusie
Deze meta-analyse laat zien dat behandeling met SGLT2-remmers het risico op dialyse, niertransplantatie, of sterfte ten gevolge van nierziekte verlaagt met 33% in patiënten met T2DM. Dit voordelige effect werd waargenomen bij alle eGFR baseline waarden, zelfs in patiënten met een eGFR lager dan 45 ml/min per 1.73 m². Deze resultaten suggereren dat een gevarieerdere populatie van T2DM patiënten met een hoog risico op nierziekte baat heeft bij behandeling met SGLT2-remmers.
Deel deze pagina met collega's en vrienden: