Voordelig effect van SGLT2-remmer in HFrEF in alle BMI-categorieën
Efficacy of dapagliflozin in heart failure with reduced ejection fraction according to body mass index
Literatuur - Adamson C, Jhund PS, Docherty KF et al. - Eur J Heart Fail. 2021 Jul 16. doi: 10.1002/ejhf.2308.Introductie en methoden
Verschillende studies hebben laten zien dat er een obesitas-paradox bestaat in HFrEF. Patiënten met overgewicht of obesitas hadden betere overlevingspercentages dan niet-obese patiënten [1-6]. Bovendien werd aangetoond dat gewichtsverlies geassocieerd was met slechtere overleving [7-11]. Deze analyse van de DAPA-HF trial onderzocht of risico op uitkomsten verschilde tussen verschillene BMI-categorieën. Bovendien werden de effecten van dapagliflozine op de uitkomsten gestratificeerd naar baseline BMI en werden de effecten van dapagliflozine op lichaamsgewicht onderzocht.
DAPA-HF includeerde volwassen patiënten met HFrEF (NYHA-klasse II tot IV, LVEF ≤40%, verhoogd NT-proBNP en standaard HF-medicatie en device-therapie). Patiënten werden gerandomiseerd in een 1:1 ratio om ofwel dapagliflozine (10 mg eenmaal daags) of placebo te krijgen. In de analyse van deze studie werden in totaal 4742 patiënten opgenomen. Patiënten werden gestratificeerd naar BMI: ondergewicht (<18.5 kg/m²), normaal gewicht (18.5-24.9 kg/m²), overgewicht (25.0-29.9 kg/m²), obesitasklasse I (30.0-34.9 kg/m²), obesitasklasse II (35.0-39.9 kg/m²), en obesitasklasse III (≥40 kg/m²). Vanwege een laag aantal patiënten in de klassen ondergewicht, obesitasklasse II en obesitasklasse III, werden enkele klassen gecombineerd: ondergewicht/normaal gewicht (n=1348, 28.4%), overgewicht (n=1722, 36.3%), obesitas klasse I (n=411, 9.3%), obesitas klasse II of III (n=659, 13.9%). De primaire samengestelde uitkomst was het eerste event van CV sterfte of verslechtering van HF (HF hospitalisatie of dringend HF ziekenhuisbezoek waarbij IV-therapie nodig was). Nadelige events waren stopzetting van het geneesmiddel als gevolg van een nadelig event, volumedepletie, renaal nadelig event, botbreuk, amputatie en ernstige hypoglykemie. Verandering in lichaamsgewicht ten opzichte van baseline werd onderzocht als een verkennend eindpunt. Mediane follow-up was 18.2 maanden.
Belangrijkste resultaten
- Analyse van de primaire uitkomst met BMI als continue variabele toonde een niet-lineaire, U-vormige relatie, met de laagste percentages van de primaire uitkomst bij patiënten met een BMI van ~30 kg/m².
- Wanneer de primaire uitkomst werd onderzocht over de verschillende BMI-categorieën, werd een vergelijkbaar patroon waargenomen: het laagste percentages van de primaire uitkomst in de placebogroep werd gevonden bij patiënten met obesitasklasse I (13.8 per 100 persoonsjaren, 95%CI 11.3-16.8). De percentages in andere BMI-categorieën waren 17.4 (95%CI 14.8-20.4) per 100 persoonsjaren bij ondergewicht/normaal gewicht, 14.5 (95%CI 12.5-16.9) per 100 persoonsjaren bij overgewicht en 19.2 (95%CI 15.5-23.7) per 100 persoonsjaren bij obesitasklasse II/III.
- Dapagliflozine verminderde het risico op de primaire uitkomst in een vergelijkbare mate in alle BMI-categorieën: HR 0.74 (95%CI 0.58-0.94) voor ondergewicht/normaal gewicht, HR 0.81 (95%CI 0.65-1.02) voor overgewicht, HR 0.68 (95%CI 0.50-0.92) voor obesitasklasse I en HR 0.71 (95%CI 0.51-1.00) voor obesitasklasse II/III (P-waarde voor interactie=0.79). Dapagliflozine verminderde ook het risico op mortaliteit door alle oorzaken in vergelijkbare mate in alle BMI-categorieën (P-waarde voor interactie=0.77).
- Gebruik van dapagliflozine leidde na 8 maanden follow-up tot een bescheiden gemiddelde, voor placebo-gecorrigeerde gewichtsafname van 0.9 kg (95%CI 0.7-1.1 kg, P<0,001). Baseline BMI veranderde het effect van dapagliflozine op het gewicht niet (P=0.69).
- Dapagliflozine gaf een verbetering in gemiddelde KCCQ-TSS van baseline tot 8 maanden follow-up, vergeleken met placebo. Dit effect werd waargenomen in alle BMI-categorieën. Odds ratio's voor verbetering na 8 maanden waren: OR 1.16 (95%CI 1.03-1.30) voor ondergewicht/normaal gewicht, OR 1.14 (95%CI 1.03-1.26) voor overgewicht, OR 1.12 (95%CI 0.98-1.27) voor obesitas klasse I, OR 1.22 (95%CI 1.03-1.44) voor obesitasklasse II/III.
- De frequentie van nadelige events verschilde niet significant tussen BMI-categorieën of tussen gerandomiseerde therapie in elke categorie.
Conclusie
Deze analyse van de DAPA-HF trial bevestigde dat er een obesitas-paradox bestaat in HFrEF. Een U-vormige relatie tussen de primaire uitkomst en BMI werd gevonden met de laagste percentages van een primaire uitkomst bij patiënten met een BMI van ~30 kg/m². Dapagliflozine verminderde het risico op de primaire uitkomst in een vergelijkbare mate in alle BMI-categorieën.
Deel deze pagina met collega's en vrienden: