SGLT2-remmer vertraagt eGFR-afname in patiënten met CNS
Effect of dapagliflozin on the rate of decline in kidney function in patients with chronic kidney disease with and without type 2 diabetes: a prespecified analysis from the DAPA-CKD
Literatuur - Heerspink HJL, Jongs N, Chertow GM et al., - Lancet Diabetes Endocrinol 2021, 9(11):743-754. doi: 10.1016/S2213-8587(21)00242-4Introductie en methoden
Doel van de studie
De SGLT2-remmer dapagliflozine verlaagde het risico op nierfalen in een diverse populatie van patiënten met chronische nierschade (CNS) met en zonder T2DM in de DAPA-CKD trial [1]. In een analyse waarin gebruik wordt gemaakt een klinische dichotome uitkomst, zoals nierschade, hangt het behandeleffect af van de subgroep van patiënten die deze events ontwikkelen. Schattingen van medicijnwerkzaamheid die gebruik maken van afname van nierfunctie in de loop van de tijd (GFR helling) zijn sensitiever voor het behandeleffect in alle patiënten [2]. In deze vooraf gespecificeerde analyse van DAPA-CKD werd het effect van dapagliflozine op de eGFR helling onderzocht tijdens de acute fase (de eerste 2 weken behandeling) en tijdens de onderhoudende fase (na de eerste 2 weken van behandeling).
Studieontwerp
De DAPA-CKD was een dubbelblinde, gerandomiseerde, placebo-gecontroleerde trial van 4304 patiënten met CNS, gedefinieerd als een eGFR van 25-75 mL/min/1,73 m² en een urinaire albumine-tot-creatinine ratio (UACR) van 200-5000 mg/g. Patiënten met en zonder T2DM werden geïncludeerd en alle patiënten kregen stabiele ACEi of ARB behandeling. Ze werden gerandomiseerd (1:1) naar dapagliflozine of gematchte placebo. Mediane follow-up van behandeling was 2,3 jaar (IQR 1,8-2,6) en de trial werd gestopt omdat het primaire eindpunt was behaald.
Uitkomsten
De primaire vooraf gespecificeerde uitkomst was de verandering in eGFR van baseline tot het einde van de behandeling.
Belangrijkste resultaten
- Gemiddelde eGFR helling van baseline tot 2, 3 jaar in de dapagliflozinegroep was -2,88 mL/min per 1,73 m² per jaar (SE 0.1) en in de placebogroep was dit -3,83 mL/min/1,73 m² per jaar (SE 0,12): een verschil tussen de groepen van 0,95 mL/min/1,73 m² per jaar (95%CI:0,63-1,27).
- Het verschil in de gemiddelde acute afname in eGFR na week 2 tussen de dapagliflozine en de placebogroep in patiënten met T2DM was 2,61 mL/min/1,73 m² (95%CI:2,16-3,06) en in patiënten zonder T2DM was dit 2,10 mL/min/1,73 m² (95%CI: 1,36-2,66).
- Dapagliflozine in vergelijking met placebo resulteerde in een langzamere afname in de chronische eGFR helling met een groter effect in T2DM patiënten (verschil tussen dapagliflozine en placebo was 2,26 mL/min/1,73 m² per jaar, 95%CI:1,88 tot 2,64) dan in patiënten zonder T2DM (verschil 1,29 mL/min/1,73 m², 95%CI:0,73-1,85)
(Pinteractie=0,0049).
- Wanneer het effect van de acute eGFR verandering en verandering tijdens de chronische fase van de trial werden gecombineerd, verzwakte dapagliflozine de totale helling af met 1,18 mL/min/1,73 m² (95%CI:0,79-1,56, P<0,0001) in patiënten met T2DM en met 0,46 mL/min/1,73
m² (95%CI:-0,10 tot 1,03) in patiënten zonder T2DM (Pinteractie=0,040).
- Het effect van dapagliflozine op eGFR afname (totaal en chronische eGFR hellingen) was duidelijker in subgroepen met hoger HbA1c (Pinteractie=0,028 voor totale helling en Pinteractie=0,070 voor chronische helling).
- Dapagliflozine verminderde de afname in eGFR onafhankelijk van het onderliggende oorzaak van CNS.
- Dapagliflozine verminderde de chronische eGFR helling met een significant groter effect in de 2 hoogste UACS subgroepen dan in de 2 laagste UACS subgroepen (in alle UACR subgroepen Pinteractie=0,016). Voor de totale helling verminderde dapagliflozine de helling in vergelijking met placebo in iedere UACR subgroep met een groter voordeel in de hoger UACR subgroepen (Pinteractie<0,0001).
- Van 385 samengestelde niereindpunten, vond 368 (96%) plaats in patiënten met eGFR afname >5 mL/min/1,73 m² per jaar (snelle progressors). Het samengestelde eindpunt van ziekenhuisopname door hartfalen of CV sterfte en totale sterfte events vonden meer vergelijkbaar plaats in patiënten met en zonder snelle progressie.
Conclusie
This prespecified analysis of DAPA-CKD showed that treatment with dapagliflozin resulted in an acute decline in eGFR, but slowed the subsequent rate of eGFR decline in patients with and without T2DM with a more pronounced effect in patients with T2DM. Moreover, the effect of dapagliflozin on the rate of eGFR decline was larger compared to placebo in patients with higher UACR (more albuminuria) or higher HbAc1 (poorer glycemic control).
Deel deze pagina met collega's en vrienden: