ARNI verlaagt mogelijk nadelige nieruitkomsten in HF-patiënten
Angiotensin-neprilysin inhibition and renal outcomes across the spectrum of ejection fraction in heart failure
Introductie en methoden
Achtergrond
Gebruik van angiotensine converting enzyme (ACE)-remmers of mineralocorticoïde receptor antagonisten (MRAs) in patiënten met HFrEF is geassocieerd met een afname in eGFR in post-hoc analyses [1,2]. In HFpEF patiënten werden geen gunstige niereffecten gezien met MRAs en een versnelde afname in nierfunctie werd gezien met RAS-remming [3-5].
In post-hoc analyses van HFrEF en HFpEF trials vertraagde afname in eGFR met behandeling van gecombineerde angiotensine-neprilysine-remming [6,7].
Deze analyse onderzocht het effect van sacubitril/valsartan op harde nieruitkomsten in hartfalen en onderzocht behandeleffecten naar ejectiefractie door vooraf gespecificeerd poolen van data van de PARADIGM-HF en PARAGON-HF trials.
Methoden
PARADIGM-HF en PARAGON-HF waren gerandomiseerde, dubbelblinde trials waarin sacubitril/valsartan werd vergeleken met een RAS-remmer in patiënten met symptomatisch hartfalen en verhoogde natriuretische peptiden. PARADIGM-HF includeerde 8399 patiënten met LVEF ≤40% en PARAGON-HF includeerde 4796 patiënten met LVEF ≥45%. Eén van de exclusiecriteria was een eGFR<30 mL/min/1.73 m2 (bij screening) of <25 mL/min/1.73 m2 (bij randomisatie), of afname >35% tussen screening en randomisatie.
Uitkomsten
De primaire renale uitkomst was een samenstelling van ≥50% afname in eGFR, ESRD of sterfte door renale oorzaken.
Belangrijkste resultaten
- Het samengestelde renale eindpunt gebeurde in 70 van 6594 patiënten (1.1%) in de sacubitril/valsartan groep en in 123 van de 6601 patiënten (1.9%) in de RASi groep (HR 0.56, 95%CI: 0.42-0.75, P<0.001).
- Het behandeleffect naar baseline ejectiefractie (EF) was niet-lineair (P-interactie=0.35 voor continue EF en P-interactie=0.001 voor categorieën van EF) en was meest duidelijk aanwezig voor diegenen met baseline EF tussen 30% en 60%.
- Er was geen effectmodificatie van behandeling naar baseline eGFR.
- Gemiddelde afname in eGFR was -1.8 (95%CI: -1.9 tot -1.7) mL/min/1.73 m² per jaar in de sacubitril/valsartan-groep en -2.4 (95%CI:-2.5 tot -2.2) mL/min/1.73 m2 per jaar in de RASi groep (gecorrigeerd gemiddeld verschil van 0.6, 95%CI: 0.4-0.7, P<0.001), en er was geen bewijs voor effectmodificatie naar baseline EF.
Conclusie
In deze gepoolde analyse van PARADIGM-HF en PARAGON-HF bestaande uit patiënten met HFrEF en HFpEF resulteerde behandeling met sacubitril/valsartan in een afname van de samengestelde renale uitkomst en vertraagde de afname in eGFR in vergelijking met RAS-remming.
De afname in het renale samengestelde eindpunt met gebruik van sacubitril/valsartan in vergelijking met RAS-remming was onafhankelijk van baseline renale functie en meest duidelijk in diegenen met baseline EF tussen 30% en 60%.
Deel deze pagina met collega's en vrienden: