Statine vermindert incidentie cardiale disfunctie bij patiënten met lymfeklierkanker die worden behandeld met antracyclinederivaten
Nieuws - 5 mrt. 2023Statins To Prevent The Cardiotoxicity From Anthracyclines: The STOP-CA Trial
Gepresenteerd op ACC.23 door: Prof. dr. Marielle Scherrer-Crosbie - Philadelphia, PA, VS
Introductie en methoden
Achtergrond
Antracyclinederivaten worden gebruikt voor de behandeling van verschillende vormen van kanker, waaronder lymfeklierkanker. Gebruik van antracyclinederivaten is echter geassocieerd met hartletsel en een verhoogd risico op hartfalen. Experimentele data, retrospectieve studies en een kleine gerandomiseerde studie hebben gesuggereerd dat statines een gunstig effect kunnen hebben bij het verminderen van hartschade tijdens behandeling met antracyclinederivaten. Een recente gerandomiseerde studie die grotendeels gericht was op patiënten met borstkanker toonde echter een neutraal effect van atorvastatine op LVEF na 24 maanden in vergelijking met placebo.
Doel van de studie
De STOP-CA-studie had als doel het effect van atorvastatine op het optreden van cardiale disfunctie te onderzoeken bij patiënten met lymfeklierkanker die worden behandeld met antracyclinederivaten.
-
Methoden
De STOP-CA-studie was een dubbelblinde, placebogecontroleerde, multicenter gerandomiseerde studie, die werd uitgevoerd op 9 locaties in de VS en Canada. De studie includeerde volwassen patiënten met Hodgkin- of non-Hodgkin-lymfoom die chemotherapie met een antracyclinederivaten zouden gaan krijgen. Patiënten die al statines gebruikten of bij wie statinegebruik op basis van richtlijnen geïndiceerd is, werden uitgesloten. In totaal werden 300 patiënten gerandomiseerd (1:1) naar behandeling met atorvastatine (40 mg/dag) of placebo. Patiënten startten de behandeling met atorvastatine of placebo voorafgaand aan de eerste chemotherapie en gingen 1 jaar door. LVEF werd gemeten op baseline en na 1 jaar.
Uitkomstmaten
Het primaire eindpunt was het percentage patiënten met een afname in LVEF van ≥10% tot minder dan 55%. Het secundaire eindpunt was het percentage patiënten met een afname in LVEF van ≥5% tot minder dan 55%.
Belangrijkste resultaten
- Het percentage patiënten met een daling van de LVEF van ≥10% tot minder dan 55% was 9% in de atorvastatinegroep en 22% in de placebogroep (P=0,002). De kans op het ontwikkelen van cardiale disfunctie was bijna 3 keer hoger in de placebogroep in vergelijking met de atorvastatinegroep (OR 2,9, 95%CI 1,4-6,4).
- De incidentie van het secundaire eindpunt was ook significant lager in de atorvastatinegroep in vergelijking met de placebogroep (13% vs. 29%, P=0,001).
- Verkennende subgroepanalyses lieten zien dat het voordeel van statinetherapie meer uitgesproken was bij vrouwelijke patiënten, patiënten die ouder waren dan 52 jaar, patiënten die antracyclinederivaten ≥250 mg/m² kregen, en patiënten met obesitas.
- Er waren geen significante verschillen in de incidenties van spierpijn, verhoogde ASAT/ALAT, myositis of nierfalen tussen de behandelgroepen.
Conclusie
De STOP-CA-studie toonde aan dat gebruik van atorvastatine geassocieerd was met een lagere incidentie van cardiale disfunctie over 12 maanden in vergelijking met placebo bij patiënten met lymfeklierkanker die werden behandeld met antracyclinederivaten.
-Onze berichtgeving is gebaseerd op de informatie die beschikbaar is gesteld tijdens de ACC.23/WCC-
Deel deze pagina met collega's en vrienden: