Behandeleffect van ARNI bij HF onafhankelijk van initiële eGFR-daling
Variation in renal function following transition to sacubitril/valsartan in patients with heart failure
Literatuur - Chatur S, Claggett BL, McCausland FR, et al. - J Am Coll Cardiol. 2023 Feb 9:S0735-1097(23)00335-2. doi: 10.1016/j.jacc.2023.02.009.Introductie en methoden
Achtergrond
Bij een deel van de patiënten met HF treedt een tijdelijke eGFR-daling van 15-20% op, nadat zij met sacubitril/valsartan zijn gestart [1]. Het niet bekend of de eGFR-daling een effect heeft op de uitkomst van de behandeling.
Doel van de studie
In deze post-hocanalyse van gegevens uit de PARADIGM-HF- en PARAGON-HF-studie werd onderzocht hoe vaak een eGFR-daling optreedt na initiële blootstelling aan sacubitril/valsartanen in hoeverre het behandeleffect van sacubitril/valsartan hierdoor beïnvloed wordt bij patiënten met HF.
Methoden
De onderzoekers verrichtten een post-hocanalyse van gegevens uit de PARADIGM-HF- en PARAGON-HF-studie [2,3]. In deze multicentrische, dubbelblinde fase 3-studies werden patiënten gerandomiseerd tussen sacubitril/valsartan of enalapril (PARADIGM-HF) of valsartan (PARAGON-HF). Aan de vroegtijdig gestopte PARADIGM-HF-studie namen 8442 patiënten ≥ 18 jaar deel met HF, een LVEF ≤40% en symptomen in NYHA-klasse II-IV die daarnaast verhoogde concentraties natriuretische peptiden hadden of in de afgelopen 12 maanden waren opgenomen in het ziekenhuis vanwege HF. In de PARAGON-HF-studie werden patiënten ≥50 jaar met symptomatisch HF, een LVEF ≥45%, symptomen in NYHA-klasse II-IV, verhoogde concentraties natriuretische peptiden en tekenen van een structurele hartziekte geïncludeerd. Tijdens opeenvolgende run-inperioden vóór randomisatie werd enalapril opgetitreerd tot 10 mg 2 dd en vervolgens sacubitril/valsartan tot 97/103 mg 2 dd (PARADIGM-HF), of werd valsartan opgetitreerd tot 80 mg 2 dd en vervolgens sacubitril/valsartan tot 49/51 mg 2 dd (PARAGON-HF). Een eGFR-daling werd gedefinieerd als een verslechtering van de eGFR van meer dan 15% tijdens de run-inperiode.
Uitkomstmaten
De onderzoekers waren geïnteresseerd in: de frequentie van een eGFR-daling na initiële blootstelling aan sacubitril/valsartan; en in hoeverre het effect van sacubitril/valsartan op de primaire uitkomstmaat en de uitkomstmaten van veiligheid afhankelijk is van een dergelijke eGFR-daling. De primaire uitkomstmaat was samengesteld uit CV-sterfte en eerste ziekenhuisopname vanwege HF (PARADIGM-HF) of het totale aantal ziekenhuisopnamen vanwege HF (PARAGON-HF). Uitkomstmaten van veiligheid waren de frequentie van hypotensie (PARADIGM-HF: SBD<90 mmHg; PARAGON-HF: SBD <100 mmHg), een verhoogde serumcreatinineconcentratie (≥2,0, ≥2,5 en ≥3,0 mg/dl), hyperkaliëmie en het stopzetten van de behandeling.
Belangrijkste resultaten
- Tijdens de run-inperiode van sacubitril/valsartan trad bij 919 (11%) patiënten in de PARADIGM-HF-studie en bij 461 (10%) van de patiënten in de PARAGON-HF-studie een eGFR-daling van >15% op; tijdens de run-inperiode van de RAAS-remmer trad in beide studies bij 13% van de patiënten een eGFR-daling op.
- Het mediane percentage herstel vanaf het laagste punt tot week 16 bij patiënten die een daling van de eGFR hadden ervaren tijdens de run-inperiode was 49,7% in de sacubitril/valsartan-groep en 52,9% in de enalaprilgroep van de PARADIGM-HF-studie (P=0,55), en 45,9% in de sacubitril/valsartan-groep en 43,9% in de valsartangroep van de PARAGON-HF-studie (P=0,76).
- Een eGFR-daling tijdens de run-inperiode van sacubitril/valsartan was niet gerelateerd aan de primaire uitkomstmaat, zowel in de PARADIGM-HF-studie (HR: 1,01; 95%-BI: 0,87-1,16) als in de PARAGON-HF-studie (RR: 1,26; 95%-BI: 0,98-1,61).
- Het behandeleffect van sacubitril/valsartan ten opzichte van een RAAS-remmer voor wat betreft de primaire uitkomstmaat was onafhankelijk van een eGFR-daling tijdens de run-inperiode van sacubitril/valsartan, zowel in de PARADIGM-HF-studie (eGFR-daling: HR: 0,69; 95%-BI: 0,53-0,90; geen eGFR-daling: HR: 0,80; 95%-BI: 0,73-0,88; P-interactie=0,32) als in de PARAGON-HF-studie (eGFR-daling: RR: 0,84; 95%-BI: 0,52-1,36; geen eGFR-daling: RR: 0,87; 95%-BI: 0,75-1,02; P-interactie=0,92); dit gold ook voor een eGFR-daling tijdens de run-inperiode van de RAAS-remmer.
- In beide studies was het behandeleffect van sacubitril/valsartan ten opzichte van een RAAS-remmer voor wat betreft de uitkomstmaten van veiligheid onafhankelijk van een eGFR-daling tijdens de run-inperiode van sacubitril/valsartan.
Conclusie
Uit deze post-hocanalyse van gegevens uit de PARADIGM-HF- en PARAGON-HF-studie blijkt dat het behandeleffect van sacubitril/valsartan ten opzichte van een RAAS-remmer voor wat betreft CV uitkomsten en veiligheid onafhankelijk is van een eGFR-daling na initiële blootstelling aan sacubitril/valsartan bij patiënten met HF.
Referenties
Vind dit artikel online op J Am Coll Cardiol. Bekijk een video over deze studie
Deel deze pagina met collega's en vrienden: