PCSK9-siRNA verlaagt LDL-c ook na recent of langer geleden MI
Inclisiran in patients with prior myocardial infarction: A post hoc pooled analysis of the ORION-10 and ORION-11 Phase 3 randomised trials
Literatuur - Landmesser U, Koenig W, Leiter LA, et al. - Atherosclerosis. 2023 Dec:386:117354. doi: 10.1016/j.atherosclerosis.2023.117354Achtergrond
Bij patiënten met klinische ASCVD bevelen de huidige Europese en Amerikaanse richtlijnen een LDL-c-verlaging van ≥50% aan, naast verlaging van de LDL-c-waarde tot <1,4 mmol/l (55 mg/dl) [1-3]. Om deze strengere LDL-c-streefwaarden te bereiken, kan optimalisatie van de lipidenbehandeling – inclusief het voorschrijven en naleven van lipidenverlagende therapieën met en zonder statines– nodig zijn in deze populatie, inclusief bij patiënten met een eerder MI [4-6].
De ORION-10- en ORION-11-studies hebben eerder laten zien dat inclisiran, een siRNA-molecuul gericht tegen hepatisch PCSK9-mRNA, een effectieve en langdurige LDL-c-verlaging gaf na halfjaarlijkse toediening (na de eerste dosis en een dosis na 3 maanden) en werd goed verdragen bij patiënten met ASCVD [7].
Doel van de studie
In een gepoolde post-hocanalyse van de ORION-10- en ORION-11-studies evalueerden de auteurs de lipidenverlagende werkzaamheid en veiligheid van inclisiran bij ASCVD-patiënten met en zonder een eerder MI.
-
Methoden
De ORION-10-studie (Inclisiran for Participants With Atherosclerotic Cardiovascular Disease and Elevated Low-density Lipoprotein Cholesterol) en ORION-11-studie (Inclisiran for Subjects With ASCVD or ASCVD-Risk Equivalents and Elevated Low-density Lipoprotein Cholesterol) waren 2 multicentrische, dubbelblinde, placebogecontroleerde fase 3-RCT’s met parallelle groepen. In deze studies werden 3178 ASCVD-patiënten met LDL-c ≥1,8 mmol/l (≥70 mg/dl) bij screening ondanks maximaal getolereerde statinetherapie gerandomiseerd naar inclisiran 284 mg (wat gelijk is aan inclisiran-natrium 300 mg) subcutaan of placebo op dag 1, dag 90 en daarna elke 6 maanden gedurende een periode van 540 dagen, naast maximaal getolereerde orale lipidenverlagende achtergrondtherapie.
Deze post-hocanalyse omvatte 2636 patiënten, van wie 122 (5%) een recent MI hadden (>3 maanden tot <1 jaar voorafgaand aan de randomisatie), 1521 (58%) langer geleden een MI hadden doorgemaakt (≥1 jaar voorafgaand aan de randomisatie) en 993 (38%) geen MI hadden.
Uitkomstmaten
De in het protocol vooraf gespecificeerde secundaire uitkomstmaten waren de procentuele verandering in de LDL-c-waarde vanaf de aanvang van de studie tot 510 dagen en de voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in de LDL-c-waarde vanaf de studieaanvang na 90 dagen en tot 540 dagen.
Belangrijke in het protocol vooraf gespecificeerde secundaire uitkomstmaten waren de absolute verandering in de LDL-c-waarde vanaf de uitgangswaarde tot 510 dagen, de voor tijd gecorrigeerde absolute verandering in de LDL-c-waarde vanaf de studieaanvang na 90 dagen en tot 540 dagen en de procentuele verandering in de waarde van PCSK9, totaal cholesterol, non-HDL-c en apoB vanaf de uitgangswaarde tot 510 dagen. Post-hoc bepaalde, verkennende eindpunten waren onder andere het percentage patiënten dat de vooraf gedefinieerde LDL-c-drempelwaarden (<1,0,<1,4, <1,8 en <2,6 mmol/l) bereikte na 90 dagen.
De veiligheidsanalyses omvatten het percentage patiënten met nadelige events die tijdens de behandeling optreden (treatment-emergent adverse events, TEAE’s), ernstige nadelige events die tijdens de behandeling optreden (treatment-emergent serious adverse events, TESAE’s), TEAE’s die leidden tot stopzetting van de studie, klinisch relevante TEAE’s op de injectieplaats en klinisch relevante laboratoriumbepalingen, zoals lever- en nierfunctietests, de creatinekinasewaarde en het trombocytenaantal.
Belangrijkste resultaten
Werkzaamheid
- De gemiddelde placebogecorrigeerde procentuele LDL-c-reductie vanaf de uitgangswaarde tot 510 dagen met inclisiran was 52,6% (95%BI: 40,1-65,1%) voor patiënten met een recent MI, 50,4% (95%BI: 47,0-53,8%) voor degenen die langer geleden een MI hadden gehad en 51,6% (95%BI: 47,4-55,9%) voor degenen zonder een eerder MI (alle P voor inclisiran vs. placebo<0,0001).
- De corresponderende gemiddelde placebogecorrigeerde en voor tijd gecorrigeerde procentuele LDL-c-reductie (vanaf de studieaanvang na 90 dagen en tot 540 dagen) was respectievelijk 50,0% (95%BI: 41,4-58,7%), 52,2% (95%BI: 49,8-54,7%) en 51,2% (95%BI: 48,1-54,2%) (alle P voor inclisiran versus placebo<0,0001).
- De gemiddelde placebogecorrigeerde (voor tijd gecorrigeerde) absolute veranderingen in de LDL-c-waarde waren ook vergelijkbaar in de 3 MI-strata.
- De procentuele veranderingen in de totaalcholesterol-, non-HDL-c-, apoB- en Lp(a)-waarden vanaf de uitgangswaarde tot 510 dagen (540 dagen voor Lp(a)) waren significant groter bij met inclisiran behandelde patiënten dan bij placebobehandelde patiënten voor alle MI-strata (alle P<0,001). De triglyceridewaarde was alleen significant lager met inclisiran vs. placebo bij patiënten die langer geleden een MI hadden gehad en degenen zonder MI (beide P<0,001).
- Vergeleken met de placebogroep bereikte een groter percentage patiënten de LDL-c-drempelwaarde van <1,4 mmol/l na een enkele dosis inclisiran (na 90 dagen), ongeacht de MI-status (2,9% vs. 60,8% voor recent MI, 2,4% vs. 67,8% voor langer geleden MI en 3,1% vs. 73,5% voor geen eerder MI).
Veiligheid
- In de inclisiran- en placeboarmen ervoeren vergelijkbare percentages patiënten ≥1 TEAE (variërend van 73,1% tot 79,7%), ongeacht de MI-status.
- De incidentie van TESAE was in het algemeen ook vergelijkbaar tussen de behandelgroepen en varieerde van 17,3% bij inclisiranbehandelde patiënten met een recent MI tot 31,4% bij placebobehandelde patiënten met een recent MI (variërendvariërend van 22,3% tot 29,6% bij patiënten die langer geleden een MI hadden gehad of degenen zonder MI).
- Klinisch relevante TEAE’s op de injectieplaats werden vaker waargenomen in de inclisiran- dan in de placebogroep voor alle MI-strata, maar deze events waren allemaal licht of matig ernstig van aard.
- De incidentie van klinisch relevante laboratoriumtestwaarden was grotendeels vergelijkbaar tussen de 2 behandelarmen en tussen de MI-strata.
Conclusie
In deze gepoolde post-hocanalyse van de ORION-10- en ORION-11-studies onder ASCVD-patiënten met een verhoogde LDL-c-waarde ondanks maximaal getolereerde statinetherapie resulteerde halfjaarlijkse toediening van inclisiran (na de eerste dosis en die na 3 maanden) – naast maximaal getolereerde orale lipidenverlagende achtergrondtherapie – in een placebogecorrigeerde LDL-c-verlaging ≥50% tot ten minste 18 maanden (einde van follow-up), ongeacht of ze een MI hadden gehad of de tijd sinds het laatste MI. De behandeling met inclisiran verlaagde ook de non-HDL-c-, apoB- en Lp(a)-waarden bij ASCVD-patiënten met een recent, langer geleden of geen MI.
Het geneesmiddel werd in het algemeen goed verdragen, hoewel een hoger percentage patiënten in de inclisirangroep lichte tot matig ernstige TEAE’s op de injectieplaats rapporteerde vergeleken met de placebogroep.
De auteurs merken op dat “de impact van inclisiran op het optreden van events momenteel wordt geëvalueerd in de grotere en langere VICTORION-2 PREVENT- en ORION-4-studies. [...] De LDL-c-reductie met inclisiran die is aangetoond in de huidige analyse zal zich naar verwachting vertalen in een overeenkomstige reductie van het cardiovasculaire risico.”
Deel deze pagina met collega's en vrienden: