Cardiovasculaire Geneeskunde.nl

Prevalentie van anemie en effect van snelle GDMT-optitratie bij acuut HF

Insights on prevalence and incidence of anemia and rapid up-titration of oral heart failure treatment from the STRONG-HF study

Literatuur - Čelutkienė J, Čerlinskaitė-Bajorė K, Cotter G, et al. - Clin Res Cardiol. 2024 Nov;113(11):1589-1603. doi: 10.1007/s00392-024-02518-y

Introductie en methoden

Achtergrond

Bij patiënten die voor acuut HF (AHF) in het ziekenhuis waren opgenomen, leidde snelle optitratie van GDMT’s met nauwgezette follow-up tot vermindering van de totale sterfte of ziekenhuisopname voor HF en verbetering van de kwaliteit van leven vergeleken met de gebruikelijke zorg, zoals de STRONG-HF-studie (Safety, Tolerability and Efficacy of Rapid Optimization, Helped by NT-proBNP Testing, of Heart Failure Therapies) onlangs liet zien [1]. Anemie is echter een veelvoorkomende comorbiditeit bij HF-patiënten [2], en neurohormonale blokkers kunnen de hemoglobineconcentratie veranderen [3-5].

Doel van de studie

In een analyse van de STRONG-HF-studie beoordeelden de auteurs de prevalentie van anemie en veranderingen daarin, de associatie van anemie met klinische uitkomsten en de mogelijke interactie tussen anemie en de werkzaamheid en veiligheid van hoogintensieve HF-therapie.

Methoden

De STRONG-HF-studie was een internationale, multicentrische open-label-RCT met parallelle groepen waarin 1078 patiënten die in het ziekenhuis waren opgenomen voor AHF, ≤2 dagen voor het verwachte ontslag werden gerandomiseerd naar hoogintensieve zorg (high-intensity care, HIC) of gebruikelijke zorg. De HIC-strategie omvatte optitratie van orale HF-medicatie (RAAS-remmer (ACE-remmer/ARB/ARNI), bètablokker en MRA) tot de helft van de optimale doses bij randomisatie en tot de volledige doses na 2 weken. Daarnaast ondergingen deze patiënten follow-upbezoeken met een uitgebreide evaluatie op 1, 2, 3 en 6 weken na ontslag.

De huidige analyse omvatte 1077 patiënten. Anemie was gedefinieerd als baseline-hemoglobine<120 g/l bij vrouwen en <130 g/l bij mannen.

Uitkomstmaten

De primaire uitkomstmaat van de studie was een samengestelde uitkomst van HF-ziekenhuisopname of totale sterfte na 180 dagen. Secundaire uitkomstmaten waren de totale sterfte na 180 dagen, een samengestelde uitkomst van HF-ziekenhuisopname of totale sterfte na 90 dagen, en de verandering in kwaliteit van leven zoals beoordeeld met de score op de visuele analoge schaal van de EuroQol-5D (EQ-VAS) vanaf de aanvang van de studie tot 90 dagen.

Belangrijkste resultaten

Anemie bij studieaanvang en associatie met klinische uitkomsten

Anemie tijdens follow-up

Interactie tussen anemie en werkzaamheid en veiligheid van hoogintensieve HF-therapie

Conclusie

Uit deze analyse van de STRONG-HF-studie onder AHF-patiënten bleek dat 27% bloedarmoede had bij opname in het ziekenhuis. In de 90 dagen na ontslag ontwikkelde 17% anemie, terwijl de bloedarmoede verdween bij 28%. De aanwezigheid van anemie bij studieaanvang had geen invloed op de werkzaamheid en veiligheid van hoogintensieve HF-therapie versus gebruikelijke zorg na ontslag. Hoewel anemische patiënten minder verbetering van hun kwaliteit van leven ervoeren gedurende de eerste 90 dagen, was er geen significante interactie tussen anemie bij studieaanvang en het effect van de HIC-strategie versus gebruikelijke zorg op de verandering in de EQ-VAS-score.

Referenties

Toon referenties

Vind dit artikel online op Clin Res Cardiol.

Deel deze pagina met collega's en vrienden: