Aan de hand van een casus en de nieuwe CVRM-richtlijn bespreken Daan van den Bersselaar en Nick Nurmohamed hoe efficiënte en effectieve lipidenverlaging gerealiseerd kan worden.
Een monocentrische retrospectieve casusserie van 6 patiënten met homozygote familiaire hypercholesterolemie (HoFH) toonde dat lomitapide LDL-c met 69% verminderde ten opzichte van de uitgangswaarde, gedurende maximaal 7 jaar. Het middel werd in het algemeen goed verdragen.
In een monocentrische RCT onder patiënten met een hoog HVZ-risico en LDL-c >70 mg/dl was toevoeging van bempedoïnezuur aan hun combinatietherapie met een statine en ezetimibe effectiever in het verlagen van de LDL-c-waarde na 12 weken dan verdubbeling van de statinedosis.
AHA 2024 - Marc Bonaca presenteert de resultaten van een subanalyse van de CLEAR Outcomes-studie naar de effecten van bempedoïnezuur op nadelige events aan de ledematen (MALE) bij statine-intolerante patiënten met symptomatisch perifeer vaatlijden.
AHA 2024 - Kan een beslissingsondersteunend systeem de implementatie van combinatietherapie of escalatie van lipidenverlagende therapie bij patiënten na ACS versnellen? Dit is onderzocht in de ZODIAC-trial. Kausik Ray bespreekt de tussentijdse resultaten.
PCSK9-remmers geven een aanzienlijke verlaging in het risico op ischemische events bij patiënten met atherosclerose zonder eerdere ischemische events. “Dit zijn verbluffende resultaten en ze onderstrepen nogmaals het belang van intensieve cholesterolverlaging bij patiënten die een zeer hoog risico hebben”, aldus Manuel Castro Cabezas.
In de eenarmige, dosisescalatiestudie APH-19 bij kinderen met homozygote familiaire hypercholesterolemie (HoFH) leidde lomitapide tot verlaging van LDL-c en andere lipoproteïnen tussen de studieaanvang en 24 weken. Het veiligheidsprofiel kwam overeen met dat bij volwassenen.
Dr. Sara-Joan Pinto-Sietsma legt uit hoe je bepaalt of een patiënt zonder vastgestelde HVZ een hoog CV-risico heeft. Bovendien bespreekt ze hoe je bij deze patiënt het LCL-c zou kunnen verlagen.
In een grote, Zweedse observationele studie onder patiënten met een eerste MI werd het laagste risico op MACE waargenomen wanneer de non-HDL-c-streefwaarde (<2,2 mmol/l) werd bereikt binnen 2 maanden na het MI en werd behouden gedurende het eerste jaar.
In aanvullende analyses van ODYSSEY OUTCOMES was een hogere triglyceridewaarde bij studieaanvang geassocieerd met een verhoogd MACE-risico bij patiënten met recent ACS. De triglyceridereductie die werd bereikt met alirocumab, droeg echter niet bij aan het gunstige klinische effect.
In een retrospectieve observationele studie bij vrouwen met bekende of vermoede ischemische hartziekte toonde coronaire angiografie alleen de anatomische diagnose, terwijl met een coronaire-functietest meestal het onderliggende vasomotorische fenotype kon worden geïdentificeerd.
In een prospectieve cohortstudie onder ~28.000 aanvankelijk gezonde Amerikaanse vrouwen voorspelde een enkele gecombineerde meting van de hs-CRP-, LDL-c- en Lp(a)-waarde de incidentie van MACE in de daaropvolgende 30 jaar.