Factoren die invloed hebben op LDL-c-respons op bempedoïnezuur
In een post-hocanalyse van 4 RCT’s werd een ≥30% LDL-c-reductie met bempedoïnezuur gezien bij 25% van de statinebehandelde patiënten en bij meer dan de helft van de statine-naïeve patiënten. Ook werden factoren die geassocieerd waren met deze verlaging, onderzocht.
Factors Associated With Enhanced Low-Density Lipoprotein Cholesterol Lowering With Bempedoic AcidLiteratuur - Ballantyne CM, Bays HE, Louie MJ, et al. - J Am Heart Assoc. 2022 Aug 2;11(15):e024531. doi: 10.1161/JAHA.121.024531
Introductie en methoden
Achtergrond
De LDL-c-verlaging die kan worden bereikt met lipidenverlagende therapieën, verschilt per patiënt [1,2]. Zowel extrinsieke factoren (bijvoorbeeld therapieontrouwheid en onnauwkeurige meting van de LDL-c-baselinewaarden) als intrinsieke factoren (bijvoorbeeld leeftijd, geslacht, baselinewaarden van lipiden of hs-CRP en interacties tussen geneesmiddelen) dragen mogelijk bij tot deze uiteenlopende respons.
In fase 3-studies resulteerde behandeling met bempedoïnezuur in een gemiddelde LDL-c-reductie van 18% vergeleken met placebo bij patiënten die tegelijkertijd een statine met matige tot hoge intensiteit gebruikten en een gemiddelde reductie van 25% bij patiënten die een lage dosis of geen statines kregen [3].
Doel van de studie
De auteurs trachtten om de LDL-c-respons op bempedoïnezuur in kaart te brengen aan de hand van de statine-intensiteitscategorieën en om klinische factoren te identificeren die geassocieerd waren met een LDL-c-reductie van ≥30% tijdens behandeling met bempedoïnezuur.
Methoden
In deze post-hocanalyse werden de gegevens van 4 gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde fase 3-studies naar bempedoïnezuur samengevoegd. In alle studies werden patiënten met een hoog cardiovasculair risico die ondanks een stabiele lipidenverlagende therapie aanvullende LDL-c-verlaging nodig hadden, gerandomiseerd (2:1-verhouding) naar bempedoïnezuur 180 mg eenmaal daags of placebo gedurende 12-52 weken. In de studies CLEAR (Cholesterol Lowering via Bempedoic Acid, an ACL-Inhibiting Regimen) Harmony en CLEAR Wisdom kregen patiënten met vastgestelde ASCVD of heterozygote familiaire hypercholesterolemie een maximaal getolereerde statinebehandeling. In de CLEAR Serenity- en CLEAR Tranquility-studies werden patiënten geïncludeerd een voorgeschiedenis van statinegeassocieerde bijwerkingen hadden en werden daarom behandeld met stabiele, lage statinedoses of helemaal geen statines. Alle patiënten in het CLEAR Tranquility-onderzoek kregen ezetimib.
Patiënten werden gegroepeerd op basis van de procentuele verandering in hun LDL-c-waarde van de aanvang van de studies tot week 12 (dit was de primaire uitkomstmaat van alle 4 studies) aan de hand van de statine-intensiteitscategorieën die uiteengezet zijn in de AHA/ACC/AACVPR/AAPA/ABC/ACPM/ADA/AGS/APhA/ASPC/NLA/PCNA Guideline on the Management of Blood Cholesterol uit 2018 [4]. Voor de huidige studie waren de volgende categorieën van belang: ≥50% LDL-c-reductie ten opzichte van de baselinewaarde (vergelijkbaar met het gebruik van een statine met hoge intensiteit) en ≥30% LDL-c-reductie (vergelijkbaar met het gebruik van een statine met matige tot hoge intensiteit).
Om factoren te identificeren die samenhingen met een LDL-c-reductie van ≥30% bij patiënten die met bempedoïnezuur behandeld werden, werd een eenvoudige logistische regressiemodellering van de LDL-c-respons uitgevoerd waarbij gebruik werd gemaakt van elke baselinevariabele, waaronder leeftijd, geslacht, ras, BMI, eGFR-categorie, HVZ-risico, DM in voorgeschiedenis, hypertensie in voorgeschiedenis, LDL-c-baselinewaarde, log van hs-CRP-baselinewaarde, statinegebruik op baseline en ezetimibgebruik op baseline.
Belangrijkste resultaten
LDL-c-reductie
- Aan het begin van de studies kreeg 81% van de patiënten een statinebehandeling, 75,8% gebruikte statines van matige tot hoge intensiteit, 5,0% gebruikte statines van lage of zeer lage intensiteit, 19,2% gebruikte geen statines en 14,9% werd behandeld met ezetimib.
- Op baseline was de gemiddelde LDL-c-waarde 114,2 mg/dl (SD: 36,7) bij patiënten die behandeld werden met bempedoïnezuur (n=2321) en 113,0 mg/dl (SD: 36,6) bij patiënten in de placebogroep (n=1167).
- De gemiddelde procentuele verandering in de LDL-c-waarde tussen baseline en week 12 was -17,98% (SD: 21,32%) in de bempedoïnezuurgroep en 1,79% (SD: 22,65%) in de placebogroep. In beide behandelingsgroepen werd interindividuele variatie in de LDL-c-respons gezien.
- Van baseline tot week 12 werd een LDL-c-reductie van ≥30% vastgesteld bij 28,9% van de met bempedoïnezuur behandelde patiënten en bij 4,4% van de placebobehandelde patiënten, terwijl een LDL-c-reductie van ≥50% werd waargenomen bij respectievelijk 4,7% en 1,1%.
- Wanneer rekening werd gehouden met een achtergrondbehandeling met statines, bereikten 50,9% van de met bempedoïnezuur behandelde patiënten die geen statines gebruikten en 24,6% van de bempedoïnezuurbehandelde patiënten die aanvullende statines gebruikten een LDL-c-reductie van ≥30%, terwijl respectievelijk 9,5% en 3,7% voldeden aan het criterium van een LDL-c-reductie van ≥50%.
- In de placebogroepen behaalde <5% van de patiënten (met of zonder statinebehandeling) een LDL-c-reductie van ≥30%.
Factoren geassocieerd met ≥30% LDL-c-reductie bij bempedoïnezuurbehandelde patiënten
- Univariabele logistische regressieanalyse toonde dat een LDL-c-reductie van ≥30% geassocieerd was met jongere leeftijd, vrouwelijk geslacht, DM-voorgeschiedenis, hogere LDL-c-baselinewaarde, hogere hs-CRP-baselinewaarde, geen statinebehandeling op baseline en aanwezigheid van ezetimib-behandeling op baseline (alle P<0,03).
- Na correctie voor covariaten waren vrouwelijk geslacht, DM-voorgeschiedenis, hogere hs-CRP-baselinewaarde, geen statinebehandeling op baseline en aanwezigheid van ezetimib-behandeling op baseline geassocieerd met een LDL-c-reductie van ≥30% (alle P<0,01).
Conclusie
Deze post-hocanalyse van 4 RCT’s liet zien dat 25% van de patiënten die al een statineachtergrondbehandeling kregen en begonnen met een bempedoïnezuurbehandeling, een LDL-c-reductie van ≥30% bereikte. Opmerkelijk was dat in de groep van bempedoïnezuurbehandelde patiënten die geen statines gebruikten meer dan de helft aan het criterium van ≥30% LDL-c-reductie voldeed.
Factoren die samenhingen met een LDL-c-verlaging van ≥30% waren vrouwelijk geslacht, DM-voorgeschiedenis, hogere hs-CRP-baselinewaarde, geen statinebehandeling op baseline en aanwezigheid van ezetimib-behandeling op baseline.
Referenties
1. Boekholdt SM, Hovingh GK, Mora S, Arsenault BJ, Amarenco P, Pedersen TR, et al. Very low levels of atherogenic lipoproteins and the risk for cardiovascular events: a meta-analysis of statin trials. J Am Coll Cardiol. 2014;64:485–494. doi: 10.1016/j.jacc.2014.02.615
2. Karlson BW, Wiklund O, Palmer MK, Nicholls SJ, Lundman P, Barter PJ. Variability of low-density lipoprotein cholesterol response with different doses of atorvastatin, rosuvastatin, and simvastatin: results from VOYAGER. Eur Heart J Cardiovasc Pharmacother. 2016;2:212–217. doi: 10.1093/ehjcvp/pvw006
3. Banach M, Duell PB, Gotto AM Jr, Laufs U, Leiter LA, Mancini GBJ, et al. Association of bempedoic acid administration with atherogenic lipid levels in phase 3 randomized clinical trials of patients with hypercholesterolemia. JAMA Cardiol. 2020;5:1124–1135. doi: 10.1001/jamacardio.2020.2314
4. Grundy SM, Stone NJ, Bailey AL, Beam C, Birtcher KK, Blumenthal RS, et al. 2018 AHA/ACC/AACVPR/AAPA/ABC/ACPM/ADA/AGS/APhA/ASPC/NLA/PCNA guideline on the management of blood cholesterol: a report of the American College of Cardiology/American Heart Association Task Force on Clinical Practice Guidelines. Circulation. 2019;139:e1082–e1143. doi: 10.1161/CIR.0000000000000625