Hogere consumptie van eieren of cholesterol uit voeding geassocieerd met hoger risico op incidente CVD en mortaliteit

In volwassenen uit de VS was hogere consumptie van eieren of cholesterol- uit voeding significant geassocieerd met een hoger risico op incidente CVD en sterfte door alle oorzaken in een dosis-responsrelatie.

Associations of Dietary Cholesterol or Egg Consumption With Incident Cardiovascular Disease and Mortality
Literatuur - Zhong VW, Van Horn L, Cornelis MC et al. - JAMA 2019; 321(11):1081-1095

Introductie en methoden

De discussie die gaande is over consumptie van cholesterol uit voeding en risico op CVD is geïntensiveerd sinds de 2015-2010 Dietary Guidelines for Americans twee schijnbaar tegenstrijdige stellingen hebben opgenomen: (1) “Cholesterol is geen voedingsstof waar zorgen over gemaakt worden wat betreft overconsumptie.”; en (2) “Individuen moeten zo min mogelijk voeding met cholesterol eten terwijl ze een gezond eetpatroon hebben.” [1,2].

Cholesterol, verzadigd vet en dierlijke eiwitten komen vaak samen voor in voeding [1]. Het blijft onduidelijk hoe de interactie en onafhankelijkheid tussen cholesterol uit voeding en deze voedingsmiddelen gerelateerd zijn aan CVD en mortaliteit. Het is ook onduidelijk of het risico op CVD en mortaliteit geassocieerd met consumptie van cholesterol uit voeding verlaagd kan worden door het consumeren van een algeheel dieet van hoge kwaliteit, of dat de voedselbron van cholesterol (bijv. eieren, rood vlees, gevogelte, vis en zuivelproducten) belangrijk is. Gerapporteerde associaties van eierenconsumptie met CVD en mortaliteit waren inconsistent in het algemeen en voor de subtypen van CVD [3-8].

Om deze vragen te beantwoorden bepaalde deze studie (n=29.615) de associaties van consumptie van eieren of cholesterol- uit voeding met incidente CVD en sterfte door alle oorzaken door individuele deelnemersdata van 6 cohorten van het Lifetime Risk Pooling Project (ARIC, CARDIA, FHS, FOS, JHS, en MESA) te poolen (verzameld van mrt 1985 tot aug 2016). Het Lifetime Risk Pooling Project omvatte 20 gemeenschap-gebaseerde prospectieve cohorten van deelnemers uit de VS, in de eerste plaats om de langetermijnrisico’s en ontwikkelpatronen van CVD gedurende de levensloop bij volwassenen onderzoeken. Individuen werden uitgesloten als zij CVD bij baseline of een energie-inname <500 kcal/dag of >6000 kcal/dag hadden. Gegevens over dieet werden zelf gerapporteerd bij baseline en geharmoniseerd per cohort met behulp van een gestandaardiseerd protocol en data over de databases. Om deze studieresultaten toe te passen op de algemene VS-populatie werden effecten van elke additionele 300 mg cholesterol uit voeding of een half ei per dag (gelijk aan inname van één ei 3-4 keer per week of 3-4 eieren per week in totaal) onderzocht. De primaire uitkomsten waren incidente CVD (samenstelling van fatale en niet-fatale coronaire hartziekte (CHD), stroke, HF en sterfte door andere CVD) en sterfte door alle oorzaken. Mediane follow-upduur was 17.5 jaar (IQR: 13.0-21.7).

Belangrijkste resultaten

Consumptie van eieren of cholesterol uit voeding en risico op incidente CVD en sterfte door alle oorzaken

  • De associaties tussen cholesterolinname via voeding en incidente CVD en sterfte door alle oorzaken waren monotoon (respectievelijk P=0.19 en P=0.83 voor cholesterolconsumptie in het kwadraat) met hoger risico bij hogere cholesterolconsumptie.
  • Na multivariabele correctie was elke additionele 300 mg van cholesterolconsumptie via voeding per dag significant geassocieerd met een hoger risico op incidente CVD (HR adj: 1.17, 95%CI: 1.09-1.26; gecorrigeerde verschil in absoluut risico [ARD adj]: 3.24%, 95%CI: 1.39%-5.08%) en sterfte door alle oorzaken (HR adj: 1.18, 95%CI: 1.10-1.16; ARD adj: 4.43%, 95%CI: 2.51%-6.36%), die beide significant bleven na verdere correctie voorverzadigd en onverzadigde vetten, dierlijke eiwitten, vezels, zout, verschillende cholesterol-bevattende voedingsmiddelen (kip, vis, zuivelproducten of vlees) of voedingspatronen. De associatie van cholesterol uit voeding met incidente CVD verloor echter significantie na correctie voor totale consumptie van eieren en totaal rood vlees, en de associatie van cholesterol uit voeding met sterfte door alle oorzaken was niet langer significant na correctie voor eierenconsumptie of totale consumptie van eieren en totaal rood vlees.
  • De associaties tussen eierenconsumptie en incidente CVD en sterfte door alle oorzaken waren monotoon (respectievelijk P=0.34 en P=0.48 voor eierenconsumptie in het kwadraat), met hoger risico bij hogere eierenconsumptie.
  • Na multivariabele correctie was er een significante associatie van elk additioneel geconsumeerd half ei per dag met een hoger risico op incidente CVD (HR adj: 1.06, 95%CI: 1.03-1.10; ARD adj: 1.11%, 95%CI: 0.32%-1.89%) en sterfte door alle oorzaken (HR adj: 1.08, 95%CI: 1.04-1.11; ARD adj: 1.93%, 95%CI: 1.10%-2.76%), die beide significant bleven na verdere correctie voor vetten uit voeding, dierlijke eiwitten, vezels, zout of voedingspatronen. Beide associaties verloren echter significantie na correctie voor cholesterolconsumptie uit voeding.

Conclusie

In volwassenen uit de VS was een hogere inname van eieren of cholesterol uit voeding significant geassocieerd met een hoger risico op incidente CVD en sterfte door alle oorzaken in een dosis-responsrelatie, wat onafhankelijk was van voedingsmiddelen (voor sterfte door alle oorzaken: uitzondering voor totale inname van eieren en rood vlees) en voedingspatronen. Deze resultaten moeten overwogen worden in de ontwikkeling van voedingsrichtlijnen en updates.

Referenties

1. US Department of Health and Human Services and US Department of Agriculture. 2015-2020 Dietary Guidelines for Americans. 8th Edition. December 2015. https://health.gov/

dietary guidelines/2015/guidelines/. Accessed January 31, 2019.

2. Dietary Guidelines Advisory Committee. Scientific Report of the 2015 Dietary Guidelines Advisory Committee: Advisory Report to the Secretary of Health and Human Services and the Secretary of Agriculture. Washington, DC: US Dept of Agriculture, Agricultural Research Service; 2015.

3. Shin JY,Xun P, Nakamura Y,HeK. Egg consumption in relation to risk of cardiovascular disease and diabetes. AmJ Clin Nutr. 2013;98(1):146-159.

4. Alexander DD, Miller PE, Vargas AJ, Weed DL, Cohen SS. Meta-analysis of egg consumption and risk of coronary heart disease and stroke. J AmColl Nutr. 2016;35(8):704-716.

5. Rong Y, Chen L, Zhu T, et al. Egg consumption and risk of coronary heart disease and stroke. BMJ. 2013;346:e8539.

6. Xu L, Lam TH, Jiang CQ, et al. Egg consumption and the risk of cardiovascular disease and all-cause mortality: Guangzhou Biobank Cohort Study and meta-analyses [published online April 21, 2018]. Eur J Nutr. doi:10.1007/s00394-018-1692-3

7. Li Y, Zhou C, Zhou X, Li L. Egg consumption and risk of cardiovascular diseases and diabetes. Atherosclerosis. 2013;229(2):524-530.

8. Khawaja O, Singh H, Luni F, et al. Egg consumption and incidence of heart failure. Front Nutr. 2017;4:10.

Vind dit artikel online op JAMA

Registreren

We zijn blij te zien dat je geniet van CVGK…
maar wat dacht u van een meer gepersonaliseerde ervaring?

Registreer gratis