Prognostische waarde van herhaalde biomarkerbepalingen na ACS

De BIOMArCS-studie toonde dat longitudinale hs-cTnT- en GDF-15-waarden sterke onafhankelijke prognostische factoren waren voor cardiovasculaire sterfte of een terugkerend niet-fataal ACS-event bij klinisch stabiele post-ACS-patiënten tijdens 1 jaar follow-up. Vóór een event steeg GDF-15 gestaag.

Serially measured high-sensitivity cardiac troponin T, N-terminal-pro-B-type natriuretic peptide, high-sensitivity C-reactive protein, and growth differentiation factor 15 for risk assessment after acute coronary syndrome: the BIOMArCS cohort
Literatuur - Gürgöze MT, Akkerhuis KM, Oemrawsingh RM, et al. - Eur Heart J Acute Cardiovasc Care. 2023 Apr 25;zuad042 [Online ahead of print]. doi: 10.1093/ehjacc/zuad042

Introductie en methoden

Achtergrond

Voor de prognostiek bij ACS zijn verschillende veelbelovende markers naar voren gekomen, zoals NT-proBNP [1,2], CRP [1,3], en groeidifferentiatiefactor 15 (GDF-15) [4]. De meeste resultaten zijn echter gebaseerd op een enkele meting bij aanvang van de studie, waarbij geen rekening werd gehouden met de dynamiek tijdens follow-up en gedurende het klinische ziektespectrum.

Doel van de studie

Het studiedoel was om de prognostische waarde van 4 serieel gemeten biomarkers (te weten hs-cTnT, NT-proBNP, hs-CRP en GDF-15) te onderzoeken in een groot real-world-cohort van post-ACS-patiënten.

Methoden

De BIOMArCS-studie (BIOMarker study to identify the Acute risk of a Coronary Syndrome) is een Nederlands, prospectief, multicentrisch, observationeel onderzoek bij 844 patiënten >40 jaar die in het ziekenhuis waren opgenomen voor ACS (inclusief STEMI, NSTEMI en instabiele angina) met ≥1 extra cardiovasculaire risicofactor. Gedurende 1 jaar na de indexopname voor ACS ondergingen patiënten zeer frequente bloedafnames (totaal aantal monsters: 12.218; mediaan aantal monsters per patiënt: 17; IQR: 12-20). Het eerste monster tijdens de acute fase werd genomen na een mediane tijd van 14 dagen (IQR: 2-31).

Uitkomstmaat

De primaire uitkomstmaat was een samengestelde uitkomst van cardiovasculaire sterfte of een terugkerend niet-fataal ACS-event, inclusief MI of terugkerende instabiele angina waarvoor urgente coronaire revascularisatie nodig was, gedurende 1 jaar follow-up.

Belangrijkste resultaten

Langetermijnontwikkeling van biomarkerwaarden

  • Bij patiënten die de primaire uitkomstmaat bereikten (n=45), waren de gemiddelde waarden van NT-proBNP (P=0,006) en GDF-15 (P<0,001) in het eerste monster hoger dan die van de andere 799 patiënten. Er was geen verschil in de gemiddelde hs-cTnT- of hs-CRP-waarde in het eerste monster.
  • De gemiddelde GRACE-score (Global Registry of Acute Coronary Events) bij studieaanvang was hoger bij patiënten die voldeden aan de primaire uitkomstmaat vergeleken met degenen die niet voldeden (121 vs. 94; P<0,001), en een groter deel van de eerste groep werd gecategoriseerd als “hoog GRACE-risico” (51% vs. 19%; P<0,001).
  • Tijdens de follow-up waren de gemiddelde biomarkerwaarden hoger bij patiënten die de primaire uitkomstmaat bereikten vergeleken met patiënten zonder event. Er was geen duidelijk afwijkend tijd-tot-event-patroon in biomarkerwaarden tussen de groepen, behalve voor GDF-15, dat een significante gestage toename liet zien voorafgaand aan het optreden van de primaire uitkomstmaat, terwijl de waarde ervan aanzienlijk stabiel bleef bij eventvrije patiënten.

Associatie van serieel gemeten biomarkerwaarden met prognose

  • Het optreden van de primaire uitkomstmaat was geassocieerd met een stijging van 1 SD in de waarde (op log-schaal) van hs-cTnT (HR: 2,09; 95%BI: 1,43-2,90; P<0,001), NT-proBNP (HR: 2,04; 95%BI: 1,35-2,08; P<0,001), hs-CRP (HR: 1,72; 95%BI: 1,04-2,79; P=0,039) en GDF-15 (HR: 2,24; 95%BI: 1,62-3,04; P<0,001).
  • Na correctie voor de GRACE-score bleven deze associaties significant voor hs-cTnT (HR: 1,61; 95%BI: 1,02-2,44; P=0,045) en GDF-15 (HR: 1,81; 95%BI: 1,28-2,70; P=0,001), maar niet voor NT-proBNP of hs-CRP.
  • In multimarkermodellen bleven hs-cTnT en GDF-15 sterke onafhankelijke prognostische factoren (alle P≤0,012), behalve wanneer hs-cTnT werd gecorrigeerd voor GDF-15 (P=0,070).

Conclusie

Deze analyse van de BIOMArCS-studie toonde dat longitudinale waarden van hs-cTnT en GDF-15, maar niet NT-proBNP en hs-CRP, sterke onafhankelijke prognostische factoren waren van de primaire uitkomstmaat (d.w.z.: cardiovasculaire sterfte of een terugkerend niet-fataal ACS-event) bij klinisch stabiele post-ACS-patiënten gedurende 1 jaar follow-up. Voorafgaand aan het optreden van de primaire uitkomstmaat steeg de GDF-15-waarde gestaag, terwijl er geen opvallende divergentie leek te zijn in de hs-cTnT-, NT-proBNP- en hs-CRP-waarden. De auteurs concludeerden daarom dat “seriële metingen het meest veelbelovend lijken voor GDF-15 om vroegtijdig inzicht te geven in een aanstaand event”.

Referenties

1. Kim H, Yang DH, Park Y, Han J, Lee H, Kang H, et al. Incremental prognostic value of C-reactive protein and N-terminal proB-type natriuretic peptide in acute coronary syndrome. Circ J. 2006;70:1379–1384.

2. Morrow DA, de Lemos JA, Sabatine MS, Murphy SA, Demopoulos LA, DiBattiste PM, et al. Evaluation of B-type natriuretic peptide for risk assessment in unstable angina/non-ST-elevation myocardial infarction: B-type natriuretic peptide and prognosis in TACTICS-TIMI 18. J Am Coll Cardiol. 2003;41:1264–1272.

3. Sabatine MS, Morrow DA, de Lemos JA, Gibson CM, Murphy SA, Rifai N, et al. Multimarker approach to risk stratification in non-ST elevation acute coronary syndromes: simultaneous assessment of troponin I, C-reactive protein, and B-type natriuretic peptide. Circulation. 2002;105:1760–1763.

4. Wollert KC, Kempf T, Peter T, Olofsson S, James S, Johnston N, et al. Prognostic value of growth-differentiation factor-15 in patients with non-ST-elevation acute coronary syndrome. Circulation. 2007;115:962–971.

Vind dit artikel online op Eur Heart J Acute Cardiovasc Care.

Registreren

We zijn blij te zien dat je geniet van CVGK…
maar wat dacht u van een meer gepersonaliseerde ervaring?

Registreer gratis