Roken vóór beroerte beïnvloedt functionele uitkomsten na acute ischemische beroerte

03/02/2020

Deze registerstudie toonde aan dat roken vóór een beroerte het risico op slechte functionele uitkomsten en functionele afhankelijkheid verhoogt 3 maanden na een acute ischemische beroerte.

Smoking Status and Functional Outcomes After Acute Ischemic Stroke
Literatuur - Matsuo R, Ago T, Kiyuna F et al., - Stroke. 2020, doi: 10.1161/STROKEAHA.119.027230.

Introductie en methoden

Het is bekend dat het roken van sigaretten het risico op beroerte verhoogt en dat dit risico toeneemt met een groter aantal gerookte sigaretten per dag [1-4]. Roken heeft bovendien nadelige gevolgen op langetermijnuitkomsten na beroerte [2,5]. Er is aangetoond dat stoppen met roken het risico op beroerte verlaagt en ook het risico op beroerterecidief en sterfte verlaagt tijdens follow-up perioden [6-8]. Er is minder bekend over het effect van roken vóór aanvang van een beroerte op functionele uitkomsten op korte termijn na de beroerte. Enkele artikelen rapporteren zelfs dat nicotine mogelijk een neurobeschermende rol kan hebben in sommige aandoeningen van het centrale zenuwsysteem [9-11]. Deze studie richtte zich op het effect van roken vóór aanvang van een beroerte op functionele uitkomsten 3 maanden na een acute ischemische beroerte.

Deze multicenter registerstudie onderzocht functionele uitkomsten in 10,285 patiënten met een acute ischemische beroerte. De gemiddelde leeftijd was 70.2±12.2 jaar en 37.0% waren vrouwen. Patiënten werden gevraagd naar hun rookgedrag en ingedeeld in één van de drie categorieën: huidige rokers (roken op het moment van de beroerte, 24.9%, n=2561), voormalige rokers (minstens een half jaar vóór aanvang van de beroerte gestopt met roken 32.4%, n=3328) en niet-rokers (patiënten die nooit gerookt hebben, 42.7%, n=4396). Huidige rokers werd bovendien gevraagd hoeveel sigaretten per dag ze roken en het aantal jaren dat ze gerookt hadden. Rookindex (aantal sigaretten per dag x aantal jaren dat ze gerookt hadden) werd voor elke huidige roker berekend. Voormalige rokers werden ingedeeld in groepen volgens het aantal jaren tussen stoppen met roken en beroerte: ≤2, 3 tot 5, 6 tot 10, 11 tot 20 en ≥20 jaar.

Studie-uitkomsten waren slechte functionele uitkomst (gemodificeerde Rankin-schaal [mRS] score 2 tot 6) en functionele afhankelijkheid (mRS score 2 tot 5, sterfte uitgezonderd) drie maanden na de beroerte.

Belangrijkste resultaten

  • Multivariabel-gecorrigeerde ORs van slechte functionele uitkomst en functionele afhankelijkheid waren significant hoger in huidige rokers vergeleken met niet-rokers (OR: 1.25, 95%CI 1.08-1.45, P=0.003 voor slechte functionele uitkomst en OR:1.29, 95%CI 1.11-1.49, P=0.001 voor functionele afhankelijkheid). Er werden geen significante verschillen in functionele uitkomsten gevonden tussen voormalige rokers en niet-rokers.
  • Multivariabel-gecorrigeerde ORs voor functionele uitkomsten namen significant toe met toenemend aantal gerookte sigaretten per dag (P-trend=0.002 voor slechte functionele uitkomst en P-trend<0.001 voor functionele afhankelijkheid). Er werd een significante associatie gevonden tussen rookindex en zowel slechte functionele uitkomst als functionele afhankelijkheid.
  • Slechte functionele uitkomst en functionele afhankelijkheid waren significant hoger in voormalige rokers die minder dan 2 jaar geleden stopten met roken vóór de beroerte, in vergelijking met niet-rokers (multivariabel-gecorrigeerde OR: 1.75, 95%CI 1.15-2.66, P=0.008 voor slechte functionele uitkomst en multivariabel-gecorrigeerde OR: 1.71, 95%CI 1.01-1.50, P=0.01 voor functionele afhankelijkheid). Er werden geen significante verschillen in functionele uitkomsten gevonden tussen voormalige rokers die langer dan 2 jaar voor de beroerte stopten met roken en niet-rokers.
  • Er werden geen significante verschillen in neurologische verbetering gevonden tussen de drie verschillende groepen.

Conclusie

Deze registerstudie toonde aan dat patiënten die roken vóór aanvang van een beroerte een significant hoger risico hebben op een slechte functionele uitkomst en functionele afhankelijkheid 3 maanden na acute ischemische beroerte in vergelijking met niet-rokende patiënten. Risico op nadelige uitkomsten nam toe met toenemend aantal sigaretten per dag en rookindex. Patiënten die minder dan 2 jaar geleden stopten met roken hadden ook een hoger risico op een slechte functionele uitkomst en functionele afhankelijkheid, in vergelijking met niet-rokers. Het risico op nadelige functionele uitkomsten verschilde niet significant tussen voormalige rokers die langer dan 2 jaar vóór aanvang van de beroerte gestopt waren met roken en niet-rokers.

Referenties

1. Tang JL, Morris JK, Wald NJ, Hole D, Shipley M, Tunstall-Pedoe H. Mortality in relation to tar yield of cigarettes: a prospective study of four cohorts. BMJ. 1995;311:1530–1533. doi: 10.1136/bmj.311.7019.1530

2. Ueshima H, Choudhury SR, Okayama A, Hayakawa T, Kita Y, Kadowaki T, et al. Cigarette smoking as a risk factor for stroke death in Japan: NIPPON DATA80. Stroke. 2004;35:1836–1841. doi: 10.1161/01.STR.0000131747.84423.74

3. Markidan J, Cole JW, Cronin CA, Merino JG, Phipps MS, Wozniak MA, et al. Smoking and risk of ischemic stroke in young men. Stroke. 2018;49:1276–1278. doi: 10.1161/STROKEAHA.117.018859

4. Wolf PA, D’Agostino RB, Kannel WB, Bonita R, Belanger AJ. Cigarette smoking as a risk factor for stroke. The Framingham Study. JAMA.1988;259:1025–1029.

5. Kim J, Gall SL, Dewey HM, Macdonell RA, Sturm JW, Thrift AG. Baseline smoking status and the long-term risk of death or nonfatal vascular event in people with stroke: a 10-year survival analysis. Stroke. 2012;43:3173–3178. doi: 10.1161/STROKEAHA.112.668905

6. Abbott RD, Yin Y, Reed DM, Yano K. Risk of stroke in male cigarette smokers. N Engl J Med. 1986;315:717–720. doi: 10.1056/NEJM198609183151201

7. Wannamethee SG, Shaper AG, Whincup PH, Walker M. Smoking cessation and the risk of stroke in middle-aged men. JAMA. 1995;274:155–160.

8. Epstein KA, Viscoli CM, Spence JD, Young LH, Inzucchi SE, Gorman M, et al; IRIS Trial Investigators. Smoking cessation and outcome after ischemic stroke or TIA. Neurology. 2017;89:1723–1729. doi:10.1212/WNL.0000000000004524

9. Epstein KA, Viscoli CM, Spence JD, Young LH, Inzucchi SE, Gorman M, et al; IRIS Trial Investigators. Smoking cessation and outcome after ischemic stroke or TIA. Neurology. 2017;89:1723–1729. doi:10.1212/WNL.0000000000004524

10. Quik M, Perez XA, Bordia T. Nicotine as a potential neuroprotective agent for Parkinson’s disease. Mov Disord. 2012;27:947–957. doi:10.1002/mds.25028

11. Piao WH, Campagnolo D, Dayao C, Lukas RJ, Wu J, Shi FD. Nicotine and inflammatory neurological disorders. Acta Pharmacol Sin. 2009;30:715–722. doi: 10.1038/aps.2009.67

Vind dit artikel online op Stroke

Register

We're glad to see you're enjoying CVGK…
but how about a more personalized experience?

Register for free