Veel lichaamsbeweging kan het verband tussen zittijd en sterfterisico compenseren
Uitgebreide gelijktijdige en gestratificeerde analyses over zitten, lichaamsbeweging en algemene of CV sterfte evalueerden het effect van het vervangen van zitten door diverse activiteitenpatronen op sterfterisico. Stem mee.
Sitting Time, Physical Activity, and Risk of Mortality in AdultsLiteratuur - Stamatakis E, Gale J, Bauman A et al., - J Am Coll Cardiol. 2019;73(16), DOI: 10.1016/j.jacc.2019.02.031
Scroll naar beneden om mee te doen aan de stemming.
Introductie en methoden
De voordelen van lichaamsbeweging (PA) zijn bekend en omvatten preventie, management en behandeling van CV ziekte. Aan het laagste einde van het PA-spectrum zien we zittend gedrag (SB), dat doorgaans gedefinieerd wordt als laag energieverbruik, van <1.5 metabole equivalenten (MET) in een zittende of achteroverhangende positie tijdens wakker zijn [1].
Diverse studies hebben het effect van zittijd op CVD onderzocht terwijl ze rekening hielden met PA [2,3]. Een nadeel van de studies tot op heden is echter dat ze geen rekening hielden met het feit dat een stijging van de ene activiteit een daling van tijd besteed aan een andere activiteit betekende.
Als gevolg van gebrek aan bewijs over het gezondheidsbevorderende potentieel van PA-alternatieven voor zitten, zijn richtlijnen over SB momenteel niet-specifiek, noch altijd evidence-based. Deze studie beoogde dit hiaat in de bewijsvoering te adresseren, door de gelijktijdige verbanden van zitten en PA met sterfte door alle oorzaken (ACM) en CVD sterfte te onderzoeken in een grote steekproef uit de populatie van Australische volwassenen van middelbare leeftijd en ouder. De theoretische effecten van het vervangen van zitten door staan, PA en slaap op sterfte werden geschat als bijkomend doel. Data uit de 45 and UP Study [4] werden gebruikt; een groot prospectief cohort van mannen en vrouwen van 45 jaar en ouder (n=267.119). Zij vulden een vragenlijst in over hun gebruikelijke activiteiten op baseline, van januari 2006 tot december 2009.
- De totale tijd per week voor wandelen als recreatie of inspanning, matige intensiteit PA (MPA) en intensieve (‘vigorous’: VPA) werd geschat en gecategoriseerd in inactief, onvoldoende actief volgens de laagste Australische PA-aanbevelingslimiet (1-149 min), voldoende actief volgens de laagste aanbevelingslimiet (150-299 min), voldoende actief volgens de hoogste limiet (300-419) en ≥420 min. Om de totale tijd van MVPA (matig en intensief) te berekenen, telde elke minuut VPA als twee minuten MPA.
- Dagelijkse zittijd werd als volgt gecategoriseerd:<4, 4- <6, 6-8 en >8h. Zitten werd behandeld als ‘piecewise’ variabele met 6h als afkappunt (≤6 en >6 h/dag).
- Slaap werd ook behandeld als piecewise variabele met 7h als afkappunt.
De kern-steekproef voor analyse bestond uit 149.077 deelnemers. Mediane follow-up voor ACM was 8.9 jaar (1.355.574 persoonsjaren [PY}, waarin 8689 sterftes optraden. Mediane follow-up voor CVD mortaliteit was 7.4 jaar (1.44.279 PY), met 1.644 sterftes.
Belangrijkste resultaten
Gelijktijdige en gestratificeerde verbanden tussen zitten en PA met sterfterisico
- In de gelijktijdige MVPA-zit-analyses waren combinaties van hogere zittijd en lagere MVPA geassocieerd met ACM risico in de inactieve en onvoldoende actieve groepen (tot HR: ~1.8). In diegenen die aan de lage PA aanbevelingen voldeden, was alleen >8 h/dag zitten geassocieerd met hoger risico (HR: 1.27).
- Een dosisresponsrelatie tussen meer zitten en minder MVPA en risico op CVD mortaliteit werd gezien in de inactieve en onvoldoende actieve groepen. In diegenen die voldeden aan de lagere PA aanbevelingen, hadden alle zit-groepen een hoger risico (e.g. HR: 1.45 voor 4-6h, vergelijkbaar risico in hogere categorieën).
Vervangingseffecten van zittijd met PA, staan en slapen
- Elk uur extra zitten per dag was geassocieerd met hoger ACM risico in veel-zitters (HR: 1.04, 95%CI: 1.02-1.06), maar niet in weinig-zitters (HR: 1.01, 95%CI: 0.99-1.02).
- Het vervangen van zitten door staan was geassocieerd met een kleine daling van ACM risico, alleen bij weinig-zitters (HR: 0.97, 95%CI: 0.96-0.99).
- Het vervangen van zitten door wandelen en VPA was geassocieerd met een lager ACM risico, in veel-zitters (wandelen HR: 0.78, 95%CI: 0.70-0.87, VPA: 0.69, 95%CI: 0.56-0.88).
- Elk uur extra zitten per dag was geassocieerd met hoger CVD sterfterisico in veel-zitters (HR: 1.07, 95%CI: 1.03-1.12), maar niet in weinig-zitters (HR: 1.02, 95%CI: 0.99-1.04).
- Vervanging van 1 uur zitten door staan was geassocieerd met een lager CVD mortaliteitsrisico, alleen in weinig-zitters (HR: 0.94, 95%CI: 0.91-0.98).
- Vervangen van zitten door MPA en VPA was geassocieerd met lager CVD mortaliteitsrisico in beide zitgroepen, maar meer uitgesproken in veel-zitters (MPA: HR: 0.80, 95%CI: 0.70-0.93, VPA: HR: 0.36, 95%CI: 0.17-0.74).
Conclusie
Met een uitgebreide analytische benadering die rekening hield met effecten van zowel lichaamsbeweging als zitten, vond deze studie dat langere zittijd geassocieerd was met een hoger risico op algemene en CVD sterfte, met name in diegenen die niet aan de PA-aanbevelingen voldoen. Voldoen aan de lagere PA-aanbevelingen (150-299 min/week) door wandelen en VPA, elimineert het verband tussen zitten en ACM risico.
Het niveau van zitten lijkt de sterkte van de associaties tussen intensiteit van PA en sterfterisico te beïnvloeden: het vervangen van zitten door staan was bijvoorbeeld gunstig in weinig-zitters, maar had geen effect in mensen die >6 uur per dag zitten. De grootste vervangingseffecten werden gezien met VPA, terwijl die van MPA minder consistent waren.
Redactioneel commentaar
Matthews [5] complimenteert de inspanningen van Stamatakis en collega’s om ons begrip te vergroten van de onderlinge beïnvloeding van zitten, PA en sterfte en om ‘te zoeken naar het niveau van PA dat nodig is om de risico’s verbonden aan teveel zitten te minimaliseren’. Hij vindt de gelijktijdige analyse ‘in het bijzonder belangrijk omdat ze licht schijnen op hoe 20 verschillende combinaties van zitten en MVP de lengte van het leven beïnvloeden.’ Bij aanbevolen niveaus van MVPA (150-299 min/week), verminderde het risico op ACM ten opzichte van in minder actieve volwassenen, maar diegenen die >8 h/dag zaten liepen alsnog risico. Dit verhoogde risico in veel-zitters werd pas teniet gedaan bij >300 min/week MVPA. Dit is net boven de huidige Amerikaanse aanbeveling van 150-300 min/week, maar veel meer boven wat de meerderheid van Amerikanen zegt te behalen.
Matthews vertaalt de resultaten van Stamatakis naar drie kansen om het risico op vroege sterfte te verlagen in diegenen die helemaal niet aan lichaamsbeweging doen en >8 h/dag zitten:
- PA verhogen naar de aanbevolen 150-299 min/week zonder de zittijd te veranderen. Enig residueel risico blijft bestaan als gevolg van teveel zitten.
- Zittijd verminderen tot <4h/dag, zonder MVPA te verhogen. Enig resiudeel risico blijft bestaan als gevolg van fysieke inactiviteit.
- MVPA verhogen naar aanbevolen niveau en zittijd verminderen tot <8 h/dag. De resultaten doen vermoeden dat dit groter voordeel geeft dan de eerste twee opties.
De recent gepubliceerde PA richtlijn voor Amerikanen richt zich ook meer op minder zitten en meer bewegen. Dit is in toenemende mate belangrijk, ‘gezien het feit dat zittend gedrag het in onze vrije tijd’steevast lijkt te winnen van gezonder PA gedrag.
Referenties
1. Sedentary Behavior Research Network. Standardized use of the terms “sedentary” and “sedentary behaviours.” Appl Physiol Nutr Metab 2012;37:540–2.
2. Pandey A, Salahuddin U, Garg S, et al. Continuous Dose-response association between sedentary time and risk for cardiovascular disease: a meta-analysis. JAMA Cardiology 2016;1:575–83.
3. Ekelund U, Steene-Johannessen J, Brown WJ, et al. Does physical activity attenuate, or even eliminate, the detrimental association of sitting time with mortality? A harmonised meta-analysis of data from more than 1 million men and women. Lancet 2016;388:1302–10.
4. 45 & Up Study Collaborators. Cohort Profile: The 45 and Up Study. International J Epidemiology 2008;37:941–7.
5. Matthews CE. Minimizing Risk Associated With Sedentary Behavior Should We Focus on Physical Activity, Sitting, or Both? J Am Coll Cardiol. 2019;73(16)
Moedigt u uw patiënten aan om minder te zitten en meer te bewegen (wanneer aan de orde)?
- Ja
- Nee