Statinetherapie geassocieerd met lager risico op ziekte van Parkinson
Exploring the Association between Statin Use and the Risk of Parkinson’s Disease: A Meta-Analysis of Observational Studies
Achtergrond
Data over een mogelijk verband tussen statinegebruik en ziekte van Parkinson (ZvP) zijn tegenstrijdig. Sommige studies laten zien dat statines de symptomen verbeteren en progressie van ZvP vertragen, terwijl andere studies een hoger risico op ZvP laten zien bij statinegebruik [1-4].
In deze systematische review en meta-analyse van dertien observationele studies, werd de mogelijke associatie tussen statinegebruik en ZvP-risico onderzocht. Alle studies werden uitgevoerd tussen 2007 en 2016 en omvatten 6 casus-controlestudies en 7 cohortstudies. Alle studies samen includeerden 4877059 deelnemers, van wie 24596 ZvP hadden. De methodologische kwaliteit van de studies werd bepaald op basis van een aangepaste versie van de Newcastle-Ottawa-schaal.
Belangrijkste resultaten
- Gebruik van statines was significant geassocieerd met een lager risico op ZvP ten opzichte van geen gebruik. De algemene gepoolde RR voor ZvP in patiënten op statines was 0.70 (95%CI: 0.58–0.84). Significante heterogeniteit werd gezien (I2 = 93.41%; P = 0.000; τ2 = 0.088).
- In 9 studies van hoge kwaliteit werd een omgekeerd risico op ZvP gezien in statinegebruikers ten opzichte van niet-gebruikers, met een RR van 0.66 (95%CI: 0.55–0.79), en significante heterogeniteit (I2 = 72.91%; P = 0.000; τ2 = 0.043).
- 4 Studies van matige kwaliteit lieten een algemene gepoolde RR van 0.86 zien (95%CI: 0.58–1.29) met significante heterogeniteit (I2 = 97.99%; P = 0.000; τ2 = 0.145).
- In 4 studies die risico op lange termijn bepaalden (blootstelling >3 jaar), was de RR 0.77 (95%CI: 0.55–1.07) met significante heterogeniteit (I2 = 63.52%; P = 0.042; τ2 = 0.122).
- Ten opzichte van niet-gebruikers, was gebruik van simvastatine, atorvastatine, en lovastatine geassocieerd met een lager risico op PD met RRs van respectievelijk 0.63 (95%CI: 0.47–0.84), 0.78 (95%CI: 0.71–0.85), en 0.89 (95%CI: 0.65–1.21), terwijl pravastatine een verband liet zien met hoger risico op ZvP (RR: 1.40; 95%CI: 0.79–2.50).
- De gepoolde RR voor ZvP risico in casus-controlestudies was 0.82 (95%CI: 0.63–1.07) in het random effects model met significante heterogeniteit (I2 = 77.98%; P = 0.000; τ2 = 0.071), en in cohortstudies was deze 0.62 (95%CI: 0.50–0.79), met behouden heterogeniteit (I2 = 94.71%; P = 0.000; τ2 = 0.073).
- Een significante publicatiebias werd gezien (Egger’s regression test of funnel asymmetry, P <0.05).
Conclusie
In een meta-analyse van dertien observationele studies, bleek statinegebruik geassocieerd met een bescheiden daling van het risico op het ontwikkelen van ziekte van Parkinson ten opzichte van niet statines slikken. Wanneer deze resultaten worden geïnterpreteerd, moeten de significante statistische en klinische heterogeniteit tussen de geïncludeerde studies in overweging worden genomen, evenals de publicatiebias. Er is geen exacte mogelijke pathologische hypothese voorgesteld die zou kunnen verklaren hoe statinegebruik de start van ziekte van Parkinson zou kunnen verminderen. Meer experimentele modellen zijn nodig om mogelijke biologische mechanismen te vinden voor deze observaties.
Deel deze pagina met collega's en vrienden: