Cardiovasculaire Geneeskunde.nl

Antistollingsdag | Landelijke Transmurale Afspraak Antistolling – wat zijn de hoofdlijnen en belangrijkste wijzigingen?

6 november 2018 - Aafke Snoeijen

Aafke Snoeijen presenteerde de Landelijke Transmurale Afspraak (LTA) voor antistolling die momenteel in ontwikkeling is. Tot op heden bestond een dergelijk document nog niet, maar naar verwachting zal het document in het voorjaar van 2019 verschijnen. De LTA is geen richtlijn op basis van literatuur, maar gaat meer over taakherschikking. Het stimuleert het maken van regionale afspraken. Antistollingstherapie brengt een hoog risico met zich mee. 20% Van de medicatie-gerelateerde ziekenhuisopnames is door antistollingsmedicatie. Het Vervolgonderzoek Medicatieveiligheid 2017 beval aan dat de reden van voorschrijven, laboratoriumgegevens en reden om therapie met meer dan een stollingsmiddel te initiëren uitgewisseld moet worden, en dat zo nodig beschermende medicatie voorgeschreven moet worden. Snoeijen: “Het is niet alleen belangrijk dat de patiënt de juiste medicatie krijgt voorgeschreven, maar ook moet de behandelduur bekend zijn. Daarom stuur ik zelf naast een normaal recept ook een stoprecept naar de apotheker”.

Het doel van de LTA is de samenwerking in de gehele antistollingszorg beter te regelen, met betere organisatie van regievoerders. Het moet een hanteerbaar document worden, dat begeleid zal worden door een educatieplan met interactieve leermodule en een implementatieplan. De LTA zal bestaan uit een inleiding, informatie over voorschrijven en follow-up, verantwoordelijkheden en communicatie naar verschillende zorgaanbieders en patiënten, en beleid bij operaties en complicaties, samengevat in flow charts. Het document komt digitaal beschikbaar, maar ‘we zullen niet opnieuw het wiel uitvinden en verwijzen daarom naar bestaande richtlijnen’. Betrokken partijen zijn de NIV, NVVC, NHG, Hartenraad en verschillende beroepsoefenaars die meelazen.

Snoeijen sloot af met: “Ik denk dat de LTA in een behoefte gaat voorzien, dat het een handzaam, makkelijk, toegankelijk document gaat zijn voor alle partijen – van arts tot apotheker tot trombosedienst-medewerker en de patiënt - in de dagelijkse praktijk”. Er zullen ook voorbeelden van regionale succesformules voor samenwerking worden toegevoegd.

Tijdens de discussie werd benadrukt dat het document digitaal beschikbaar komt, wat het voordeel biedt dat de informatie gemakkelijk bijgewerkt kan worden en hiermee up-to-date blijft. Snoeijen vertelde dat de focus voornamelijk komt te liggen op taakverdelingen, zoals regievoerders, maar ook wie het aanspreekpunt voor patiënten is en welke patiënten in de eerstelijns- versus tweedelijnszorg thuis horen.

Bekijk de slides.

Deel deze pagina met collega's en vrienden: